Zoeken naar een camping


Redelijk vroeg waren we weer wakker en tot onze voldoening scheen de zon weer uitbundig. Voordat we vertrokken, maakten we nog even gebruik van onze Internet verbinding en checkten we onze e-mail. Om tien over half tien reden we weg naar het westen. De eerste stop was de Ghost town bij het Three Villages Resort. We konden dit nep spookstadje echter alleen met een gids bekijken en omdat de prijs aan de hoge kant was, besloten we het niet te doen. We namen wat foto’s vanaf de wegkant en reden verder.
Enkele tientallen kilometers verderop kwamen we voorbij de Crazy Creek Suspension Bridge and Falls. Deze keer gingen we wel naar binnen. Wat ons opviel was dat het park superschoon was en dat God kennelijk een grote rol had gespeeld bij de totstandkoming van dit alles. Het leek wel of we op een EO ouderdag waren belandt. Na een drankje liepen we de hangbrug over naar de waterval en eerlijk is eerlijk, die mocht er zijn en ook de manier waarop alles tot in de puntjes verzorgd was, moet ook vermeld worden, maar overal die God? Een beetje te veel van het goede.
Via Sicamous reden we door nadat we daar gehoord hadden dat het een Canadees vakantieweekend was en dat zo goed als alle accommodatie vol zat. In Enderby tankten we benzine, kochten we weer een zak witte wijn en aten we een heerlijke sweet onion terriyaki chicken sandwich bij een plaatselijke Subway.
Het was de bedoeling om te overnachten in Vernon, maar de vriendelijke juffrouw bij het bezoekerscentrum wist ons te vertellen dat alles tot aan Osoyoos bomvol zat. Nergens was meer een plaatsje op een RV-park voorhanden. Dat viel even tegen. De juffrouw verwees ons naar een parkeerplaats bij een groot winkelcentrum waar het was toegestaan ’s nachts te blijven. Daar hadden we echter weinig zin in. Ron belde nog naar een RV park ten zuiden van Vernon. Die zaten ook helemaal vol maar de vrouw stelde voor dat we op de parkeerplaats van de camping konden gaan staan. Voor 22 dollar konden we dan wel gebruik maken van de voorzieningen van het park. Dat vonden we allebei veel te veel en besloten dat dus niet te doen.
Om vandaag toch nog wat te zien zijn we naar de O’Keefe Historic Ranch in Vernon gegaan. Deze ranch was rond 1867 één van de grootste in de Okanagan Valley. Sinds 1967 was het een museum. De ranch was best leuk. Zo waren er oude ambachten te zien en was er een winkel uit 1867 geheel intact en open evenals een kerkje, schooltje en een huis waarin een mevrouw heerlijke kaneelbroodjes aan het bakken was. Bakken deden wij ook met een temperatuur van dik over de 30 graden Celsius, dus een drankje ging er daarna wel in.
Nadat we hier klaar waren, hadden we nog steeds het probleem van de camping, of liever gezegd geen camping. We besloten een meertje of iets dergelijks op te zoeken om daar dan wild te kamperen. Een vrouw op de ranch had ons verteld dat richting Kamloops wel iets dergelijks te vinden was. Wij dus die kant op. We vonden echter niks geschikts, en na enkele tientallen kilometers gereden te hebben, kwamen we uit in Armstrong, een klein plaatsje waar men ook een RV park zou hebben. Op goed geluk reden we er naar toe. Tot onze grote opluchting was hier nog wel een plaatsje voor ons. Eentje met een full hookup nog wel. Het was een kleine camping zonder al te veel voorzieningen, maar goed genoeg voor ons. We waren al lang blij dat we niet verder hoefden te zoeken. ’s Avonds konden we dus gewoon de foto’s op de laptop zetten en dit verhaal bijwerken.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Zondag in München

Zondag in Oslo

Pieterpad, etappes 22 en 23