Met een stoomtrein mee


We dachten erg rustig te staan en dat stonden we ook totdat de overbuurman om half acht een punkmetal CD opzette en een bepaald nummer bleef herhalen. In ieder geval waren we zo op tijd wakker. Het was wederom een prachtige dag, de lucht was strak blauw en het was al aardig warm toen we opstonden.
Na het ontbijt reden we een heel eind buiten Summerland naar de Kettle Valley Railway. Daar zouden we een ritje met een stoomtrein gaan maken. We waren wat vroeg, maar dat gaf ons de gelegenheid de stoomloc te fotograferen. De loc uit 1912 was prachtig gerestaureerd en imposant. We kochten een kaartje voor een open wagon zodat we alles goed konden zien. Om half elf vertrokken met enkele luide fluittonen van de loc. Het landschap waar we door heen reden was schitterend, maar wij hadden meer oog voor de antieke locomotief die dampend en steunend de trein trok. Bij iedere bocht die de trein maakte, hingen we buiten voor een foto van de loc. Na een rit van ongeveer 10 kilometer, moest de loc weer water innemen en zouden we terug rijden naar Summerland. Tijdens het water innemen mochten we uitstappen en reed de loc voor de show even een brug over zodat we mooie foto’s konden maken.
Na deze geweldige treinrit reden we in ons campertje verder zuidwaarts. We kwamen op onze route door Penticton waar de de SS Sicamous wilden gaan bekijken. Dat is een oude raderboot. Het was door het mooie weer en het lange weekend echter gruwelijk druk in het stadje. We besloten daarom door te rijden en Penticton te laten voor wat het was. Onderweg zagen we nog wel honderden jongeren in een binnenband of luchtbed over een verbindingsriviertje tussen twee meren dobberen. Die lieten zich met de stroom meevoeren; een leuk gezicht.
Het was al bijna twee uur en we hadden behoorlijke honger. In Oliver vonden we na wat zoeken een Subway waar we een lekker broodje aten. Weer verzadigd, reden we door naar Osoyoos aan de grens met de Verenigde Staten. Daar bezochten we het Desert Centre. Hier in het uiterste zuiden van Canada hebben we zowaar enkele stukken woestijn, compleet met cactussen en ratelslangen. De temperatuur was in ieder geval woestijnachtig. De cactussen waren echter minuscuul en in plaats van een ratelslang zagen we slechts een woestijnkonijn rondhuppelen.
Bij het bezoekerscentrum informeerden we naar mogelijke accommodatie in Osoyoos, maar alles zat vol zoals we al verwachtten. Wel was er plek op een RV-park in Keremeos op zo’n 50 kilometer afstand. Telefonisch reserveerden we een plekje voor de nacht, waarna we door een prachtig berglandschap naar Keremeos reden.
Om half vijf kwamen we op de camping aan waar de zeer vriendelijke eigenaar nog een plek met alle voorzieningen voor ons had. Omdat het nog zo warm was en er een rivier in de buurt was, besloten we nog wat te gaan zwemmen. We moesten er wel bijna een half uur voor lopen, maar dat bleek de moeite. Het water was heerlijk en we zaten een half uur in het water voordat we weer terug liepen naar de camping.
Ron had geen zin in koken en daarom aten we de rest van het Subwaybroodje op. Ron z’n haar werd door Nicky weer vakkundig geschoren en na een douche waren de foto’s en het dagboek aan de beurt. Door Nicky werd er nog eerst een bloedzuiger uit de camper verwijderd voordat we konden gaan slapen. 

Reacties

Populaire posts van deze blog

Zondag in München

Zondag in Oslo

Pieterpad, etappes 22 en 23