Posts

Posts uit augustus, 2005 tonen

Madawaska – Algonquin Provincial Park - Whitney

Afbeelding
Er was regen voorspeld, maar toen we wakker werden was het nog droog. Het was wel zwaar bewolkt en het zou niet lang duren voordat we de resten van orkaan Katrina zouden voelen. Maar eerst kregen we een uitgebreid ontbijt in de lodge, compleet met eieren, aardappelen en hashbrowns. Veel te veel voor ons, maar we deden erg ons best niet alles te laten liggen, wat goed lukte. Omdat het wat regende toen we het park weer inreden, bezochten we eerst het logmuseum. Hier wordt de geschiedenis van de boomkap in het Algonquin Park uit de doeken gedaan. Binnen waren wat maquettes gemaakt, maar de echte tentoonstelling was buiten gebouwd langs een anderhalve kilometer lange trail. Toch weer de regen in dus. Het regende niet constant en daarom konden we tussen de buien door toch op ons gemak alles bezichtigen. Vanaf de loggers uit het midden van de 19 e eeuw tot de goed georganiseerde boomkap van tegenwoordig, werd alles uitstekend uit de doeken gedaan. We waren meer dan een uur in het

Renfrew – Madawaska – Algonquin Provincial Park

Afbeelding
Gedurende de nacht bleef het droog. Nicky sliep goed, maar Ron vond het veel te warm. Er zat kennelijk toch nog veel regen in de lucht want het bleef benauwd. We ontbeten bij een vestiging van Tim Hortons naast het motel. Daarna reden we door het groene en heuvelachtige landschap naar het Algonquin Park. Van vrienden hadden we een adresje gekregen van een bed & breakfast in Madawaska en daar kwamen we al voor twaalven langs rijden. We gingen eens kijken en besloten daar voor een nachtje te overnachten. We kregen voor CAD 55,- een simpele maar schone kamer. Toilet en douche waren op de gang. Verder was er een grote lounge met een televisie. Nadat we wat tassen op de kamer hadden gezet, reden we nog 25 kilometer voordat we bij het park aankwamen. Daar moesten we CAD 12,- per dag aan entree betalen. Best veel, dus hopen dat het allemaal de moeite waard is. Uit een parkkrantje hadden we drie wandelingen gekozen die we wilden gaan lopen. De eerste was een trail met de bever als

Ottawa - Renfrew

Afbeelding
Dankzij wat bewolking zakte de temperatuur niet zo veel zodat we goed hadden kunnen slapen. Het was gelukkig ook droog gebleven. Toch was de tent nat vanwege de dauw. Toen we wakker werden was het mistig maar die dreef snel weg dankzij de zon. Na het ontbijt reden we naar een groot winkelcentrum aan de rand van Ottawa waar we de auto gratis konden parkeren en namen de bus naar het centrum van de stad. Dat ging erg soepel. We stapten vlakbij Parliament Hill uit de bus. Het was iets voor tienen en we haastten ons naar het parlement gebouw om de wisseling van de wacht te kunnen zien, maar toen we daar aankwamen, viel er niks bijzonders te zien. Bij het bezoekerscentrum hoorden we dat de wisseling van de wacht gisteren voor het laatst dit seizoen was geweest. Pech dus. Dan maar de gebouwen bekijken en fotograferen. Na ons bezoek aan het bezoekerscentrum, dronken we koffie bij Tim Hortons voordat we ons aanmeldden voor een tour in het parlementsgebouw. Om half twaalf konden we mee.

Mont Tremblant - Ottawa

Afbeelding
We hadden goed gegokt. Toen we ’s nachts eventjes wakker werden, hoorden we het regenen en wisten we dat we er slim aan hadden gedaan om in een motel te slapen in plaats van in de tent. Het was sowieso goed slapen in het kingsize bed want pas om negen uur ’s morgens werden we wakker. Buiten was het inmiddels weer droog. Nadat we hadden uitgecheckt, reden we het Mont Tremblant park in op weg naar de La Diablo sector. Uit de kampgids hadden we een trail uitgezocht die daar aan het Monroe meer begon. Het was nog wel 30 kilometer rijden om daar te komen. Nadat we de auto hadden geparkeerd op een parkeerplaats zo groot als bij een gemiddeld winkelcentrum, begonnen we aan de tocht die al meteen omhoog liep en dat zou blijven doen tot aan het eind. Het was erg benauwd en omdat we ons behoorlijk moesten inspannen op het soms zeer steile pad, zweetten we behoorlijk. Omdat we constant door het bos liepen, was er niet zo heel veel te zien onderweg. Na drie kwartier ploeteren bereikten w

Rivière du Loup – Mont Tremblant

Afbeelding
Omdat het vannacht niet zo koud was, sliepen we alle twee de hele nacht door. Weer eens lekker om zonder kou te slapen. Wel waren we vroeg wakker omdat moeder natuur riep en de WC’s best een eindje van de tent verwijderd waren. Vandaag zou een echte reisdag worden. We wilden van Rivière du Loup helemaal naar Mont Tremblant rijden dat meer dan honderd kilometer boven Montreal ligt. Het kwam daarom niet verkeerd uit dat we zo vroeg wakker waren. Al om kwart voor negen reden we van de camping weg en tankten de auto vol. Daarna reden we Highway 20 op en maakten al snel veel kilometers omdat het zo rustig was op de snelweg. Met de cruise control op 120 kilometer per uur, zaten we wel 20 kilometer boven de maximum snelheid, maar zo snel reed iedereen hier. Alleen jammer dat we met dit mooie weer de hele dag in de auto zouden zitten. Voorbij Quebec, dat meer dan 200 kilometer van Rivière du Loup ligt, stopten we voor het eerst. We kochten een koffie en thee en dronken dat op, op de

Gaspesie Provincial Park – Rivière du Loup

Afbeelding
Een koude nacht betekent een heldere hemel en daarmee mooi weer. Deze wijsheid klopte als een zwerende vinger en daarom stond de zon al hoog aan de hemel toen we na twaalf uur in bed eindelijk eens wakker werden. We hoefden, nadat het kamp was opgeruimd, niet ver te rijden naar het beginpunt van onze eerste bestemming. We wilden eerst een trail lopen in het Gaspesie Provincial Park. Daartoe reden we naar het bezoekerscentrum en parkeerden daar de auto. We wilden de trail naar de Chute Diablo gaan lopen, maar deze stond nergens aangegeven. Dat hebben wij weer. We begonnen daarom maar te lopen over een pad dat een andere route aangaf. We zouden wel zien wat we allemaal tegenkwamen. Het pas was goed gemarkeerd en goed te lopen; we stegen of daalden niet te sterk. Al na vijf of tien minuten kwamen we langs de Chute de Sainte Anne. De Sint Anne stort hier zo’n tien meter naar beneden. Voor ons verwende watervalbezoekers niks aparts dus. Vlug een fotootje en verder dus. Erg hè? Toe

Forillon NP – Gaspesie Provincial Park

Afbeelding
Ondanks dat het afgelopen nacht behoorlijk koud was geweest, hadden we redelijk geslapen. Om een uur of acht werden we wakker van de herrie op de camping. Zoals verwacht, was het mooi weer hoewel de zon nog door de bewolking moest breken. Deze keer konden de spullen in ieder geval droog worden ingepakt. We hadden vlakbij Cap Bon Ami gekampeerd en dus reden we nog even naar deze kaap omdat het deze keer wel mooi weer was. We zagen nu vier harbour seals op een rots liggen zonnen. De zee was niet half zo ruw als eergisteren. We namen een kijkje op het strand wat toegankelijk was gemaakt door een lange steile trap. Weer in de auto reden we naar de zuidkant van het park om daar een trail te gaan lopen. We wilden helemaal naar het uiterste puntje van het park lopen waar een vuurtoren staat. Dat betekende een wandeling van in totaal iets meer als negen kilometer. We parkeerden de auto aan het einde van de weg en begonnen aan de wandeling over een pad dat meteen omhoog liep. Pas na een

Gaspé – Forillon NP

Afbeelding
Wat is het toch lekker slapen in een echt bed. Het was al bijna half negen toen we eindelijk eens een lodderig oog open deden. We hadden regen verwacht omdat dat de voorspelling was, maar in plaats daarvan was het licht bewolkt. We ontbeten deze dag bij Tim Hortens die comfortabel naast het motel lag. Ja, je moet je overnachtingsadressen maar weten uit te zoeken. Daarna reden we naar het zuiden naar het plaatsje Percé. De enige attractie die ze daar hebben, is een rots in zee. Het is echter wel een hele mooie rots die erg veel toeristen trekt. Wij wilden die rots natuurlijk ook zien en hadden er bijna 100 kilometer enkele reis voor over. Onderweg genoten we van de kleurrijke huisjes en de prachtige uitzichten over de zee. De kust was hier heel ruig en overal kwamen de rotsen steil uit de zee omhoog rijzen. Toen we bijna in Percé waren, konden we nog genieten van een rots waarvan de helft in de zee verdwenen was. Tot nu toe had de videocamera het probleemloos gedaan, maar nu hield

Cap Chat - Gaspé

Afbeelding
We lagen een tijdje in ons tentje toen het begon te regenen en niet zo zachtjes ook. Van gestage regen ging het tot hoosbuien en dat een paar uur lang. We lagen allebei wakker van de herrie van de druppels die op het tentzeil roffelden. Bovendien begon de tent te lekken en vooral Nicky’s matras werd nat. Pas in de tweede helft van de nacht hield de regen op en vielen we allebei weer in slaap. Toen we ’s morgens wakker werden bleek niet alleen Nicky’s matras nat maar ook onze kussens en de lakenzakken. Tijdens het opruimen van het kamp was het even droog, maar we waren nog maar net op weg, toen het weer begon te regenen. Dit zou zo’n dag worden waarop het gewoon niks werd met het weer. Eerst maar even wakker worden bij Tim Hortens met een cappuccino. Weer op weg, vervolgden we de Highway 132 naar het oosten en gingen we op zoek naar nog meer vuurtorens. We zochten en vonden er vier. Alleen jammer dat de lucht zo zwaar bewolkt was en dat het regelmatig regende. Dit was geen zomer

Rivière-du-Loup – Cap Chat

Afbeelding
Slapen in een gewoon bed gaat toch stukken beter dan op een luchtbed. We sliepen dan ook erg goed. Omdat we geen kamp hoefden op te breken, waren we al vroeg op pad; 09.40 uur. De zon scheen en er was bijna geen wolkje aan de lucht. We reden via Highway 132 naar het oosten. Al snel zou de bebouwing wat minder dicht worden en ook het landschap was hier anders dan op de noordoever. Hier waren meer naaldbomen en waren de boerderijen anders. Hier stonden veel schuren langs de weg met een verhoogde oprit zodat het hooi gemakkelijker op de zolder gestapeld kon worden. We stopten een aantal keren om zo’n schuur of een leuke boerderij te fotograferen. Hoe ouder het gebouw, hoe meer foto’s. Van het bezoekerscentrum hadden we een tijdje geleden al een kaart met daarop een route langs allerlei vuurtorens meegenomen en dit was het moment om al die vuurtorens eens te vereren met een bezoekje. De eerste vuurtoren was gemakkelijk te vinden want die stond praktisch langs de doorgaande weg, m

Baie Sainte Catharine – Rivière-du-Loup

Afbeelding
We sliepen prima in ons motelbed. Alleen bleken de muren van papier. Zo konden we de buurman horen snurken. Wat zouden de buren van ons hebben gehoord? We hadden een wekkertje gezet omdat we om kwart voor tien bij de pier in Baie Sainte Catharine moesten zijn voor een cruise naar de walvissen en het Sagounay fjord. Toen we opstonden was het erg mistig maar het leek op te klaren. We waren ruim op tijd en het zag er naar uit dat maar weinig mensen met de cruise mee zouden gaan. Dat leek ons mooi, maar dat had wellicht ook een reden. De mist klaarde namelijk helemaal niet op en werd zelfs dikker. Vurig hoopten we dat het weer zou opklaren, maar het weer was erg raar. Het ene moment kon je enkele honderden meters ver kijken, een paar minuten later kon je amper een hand voor ogen zien. Toen om tien uur de boot vertrok, hadden we nog de hoop dat het later in de morgen wat zou opklaren. Ondertussen voer de boot de Sint Lawrence rivier op in haar zoektocht naar walvissen. Wat we zagen wa

La Malbaie – Baie Sainte Catharine

Afbeelding
Het was deze nacht lang niet zo koud als we hadden gevreesd. Dat kwam hoogstwaarschijnlijk door de bewolking. In ieder geval sliepen we deze nacht prima en lagen we maar liefst 11 en een half uur in bed! Tegen de morgen hoorden we het regenen op ons tentje, maar dat duurde niet lang. Toen we wakker werden was het zwaar bewolkt, maar droog. Toen we bijna klaar waren met het opruimen van het kamp begon het te regenen. Daarom ontbeten we in een campshelter. In Pointe au Pic ligt een duur Fairmont hotel; het Manoir Richelieu, en dat wilden we wel eens gaan bekijken. Zoals veel Fairmont hotels in Canada is het gebouwd in de chateaustijl, maar dit exemplaar was veel minder geslaagd dan de hotels in Banff of in Quebec City. Binnen was het één en al luxe. Altijd leuk om even te bekijken. Ook altijd leuk is een toiletbezoek in een duur hotel. Het poept toch net even fijner daar dan op een camping toilet. Bij een grote supermarkt in La Malbaie deden we weer inkopen voor een dag of twee

Baie Saint Paul – La Malbaie

Afbeelding
Dat Nicky de slaapzakken had gemaakt konden we merken. Ze bleven nu op hun plaats en we konden ons er in wikkelen. De temperatuur zakte echter zodanig ver naar beneden dat we allebei veel last hadden van de kou. Toen we ’s morgens wakker werden hadden we alle twee onze truien aan en Ron had zelfs sokken aan in bed. De komende nacht zouden we nog meer kleding aan moeten trekken voor het slapen gaan. Gelukkig scheen de zon ’s morgens al lekker en konden we wat opwarmen. Al om half tien waren we van deze veel te dure camping weg op weg naar Tim Hortons voor een lekkere warme bak koffie. Daar kwamen we gelukkig van bij en de truien konden uit. Voordat we verder konden rijden, moesten we nog een nieuw propaangas tankje kopen zodat we vanavond konden koken. Bij een Esso pomp vonden we zo’n ding en nadat ook de tank van de auto was gevuld, konden we op pad. Onze eerste stop was in Baie Saint Paul zelf. Gisteren waren ons de gezellige straatjes opgevallen en die wilden we nu te voet ee

Quebec City – Baie Saint Paul

Afbeelding
Waar we voor vreesden gebeurde; de temperatuur daalde deze nacht naar zo’n 5 graden Celsius en met onze kapotte slaapzakken was het geen pretje om in de tent te liggen. Ron sliep nog wat, maar Nicky lag grote delen van de nacht wakker. Vandaag moesten we iets verzinnen om de slaapzakken te maken. Na een plas om een uur of half zeven, sliepen we tot half negen. Toen we wakker werden, was de lucht strakblauw en scheen de zon volop zodat we ons konden opwarmen. Rond tien uur vertrokken we uit Quebec. Eerst zouden we de grote basiliek van Sainte Anne de Beaupré gaan bezoeken en dat betekende weer de snelweg rond Quebec afrijden. Dit keer wisten we de weg en vonden moeiteloos het dorpje met de veel te grote kerk. Wat we wel meemaakte was het onbehouwen rijgedrag van de Quebecois. Al vaker hadden we gezien dat men hier erg asociaal rijdt, maar vandaag was het heel erg. Voortdurend probeerde een achterop komende auto onze bumper te kussen en van de weg te drukken. Het schijnt dat richti

Quebec City – Ile d’Orleans v.v.

Afbeelding
Toen we afgelopen nacht in ons tentje lagen hoorden we het hard regenen op de tent. Dat voorspelde niet veel goeds voor de volgende dag, maar toen we omstreeks half negen wakker werden scheen het zonnetje. Nicky’s slaapzak had het inmiddels ook begeven, dus dat wordt nog wat de komende weken. Omdat we vandaag een rondrit over Ile d’Orleans wilden gaan maken en dus in de buurt van Quebec bleven, boekten we een nacht op de camping bij. Na het ontbijt hebben we ons begeven in het drukke verkeer rondom de stad op weg naar het eiland in de Sint Lawrence rivier. Zodra we daar waren, was alle drukte achter de rug en reden we door het platteland. Geadviseerd door de boeken reden we tegen de klok in het eiland rond. Al meteen werd de auto aan de kant van de weg gezet voor wat foto’s van lieflijke boerderijtjes en graanvelden. Helemaal mooi was het uitzicht over de Sint Lawrence rivier met Quebec City op de achtergrond. Dat was in het dorpje Sainte Pétronille. Bij een cafeetje dronken we

Québec City

Afbeelding
De nachten worden kouder, afgelopen nacht hadden we er allebei last van. Nadeel van al die kou is dat je zo moet plassen. Gelukkig moesten we er toch vroeg uit omdat de shuttle ons om acht uur al naar downtown Quebec zou brengen. De bus was stipt op tijd maar we wachtten nog tien minuten omdat er nog iemand moest komen. Toen die maar niet kwam, zijn we aangereden, waarna we in een klein half uurtje bij een busstation werden afgezet. Daar moest eerst betaald worden voordat we in een andere bus naar het beroemde Chateau Frontenac werden gebracht. Het zonnetje was inmiddels lekker gaan schijnen. Nicky had een wandeling uit het reisboek op een plattegrond getekend en dat was onze route voor vandaag. Natuurlijk wilden ook wij het meest gefotografeerde hotel ter wereld op de foto en dus moest Chateau Frontenac er aan geloven. Alleen jammer dat er aan gewerkt werkt en een deel van het gebouw in groene doek gewikkeld zat. Door de route op de plattegrond te volgen, kwamen we uit bij de