Aitutaki, dag 1

Vandaag weer een verplaatsing en weer een vliegtochtje. Dit keer echter een kort vliegtochtje. We vlogen van Rarotonga, het grootste eiland van de Cook Eilanden naar Aitutaki, de nummer 3. Eerst natuurlijk op het gemak opstaan, ontbijten en meer van die dingen die je 's morgens doet. De helft van onze bagage lieten we achter bij het resort omdat we slechts 20 kilo mee naar Aitutaki mee mochten nemen. Stipt op tijd werden we door een busje bij het resort opgepikt en naar het vliegveld van Rarotonga gebracht. Dit vliegveld kan alleen maar een glimlach op je gezicht teweeg brengen. De "Domestic terminal" is een hal met open zijkanten, er was één luikje waardoor onze bagage verdween (zonder sticker van de bestemming, want dat is er maar één) en we kregen een soort van kassabonnetje bij wijze van boardingpas. Niks geen veiligheidscontroles of andere poespas. Alleen maar die vette glimlach van deze vriendelijke mensen hier. Kon het zo ook nog maar op Schiphol. Het vliegtuigje van Air Rarotonga was een Saab propellervliegtuig met per rij maar drie stoelen. De stewardess was één van de mooiste die we ooit zagen. De grote fleurige bloemenkrans op haar hoofd zal daar vast mee te maken hebben gehad.
De vlucht duurde drie kwartier en vanuit de lucht zagen we Aitutaki als een typische atol uit het felblauwe water omhoog rijzen. Toch was het flink bewolkt. Zodra we uit het toestelletje waren gestapt werd ons gevraagd waar we verbleven. Zodra we antwoordden dat we in het Pacific Resort zouden verblijven, reageerde een vrouw door ons een kleurige, heerlijk ruikende, bloemenkrans om te hangen en ons mee te nemen naar een speciale luxe hoek in het luchthavengebouwtje. Daar vond de check-in van het hotel plaats. Nadat we onze tas van een karretje hadden geplukt kwam een luxe personenauto met electrisch opengaande deuren voorrijden en hoefden we alleen nog maar in te stappen.
Na een ritje van 6 kilometer kwamen we aan bij het resort. Daar stonden een paar mensen ons op te wachten. Eerst was daar een mevrouw die ons ieder een kokosnoot, voorzien van rietje en een bloemetje, in onze handen drukte. Daarna was het de beurt aan de general manager van het resort. Hij heette ons uitgebreid welkom waarna de vrouw die ons van het vliegveld had opgepikt, ons naar onze luxe bungalow bracht en uitvoerig alles uitlegde. Zo'n ontvangst hebben we nog in geen enkel hotel ooit gehad.
Onze bungalow is voorzien van een ruim terras, kamerbrede schuifdeuren en ligt pal aan een turkooise lagune. Overal in de kamers lagen bloemtjes en voor Nicky lag er een sarong klaar en voor Ron een hoed. We waren een beetje beduusd van zoveel luxe. Dat mag trouwens ook we want we logeren de komende vier nachten in een hotel dat in 2008 is uitgeroepen tot beste kleinschalige luxehotel ter wereld.
Na een lunch buiten in het café hebben we een eindje over het eiland gefietst. De komende dagen moeten we het hebben van het resort want het eiland is verder niet zoveel soeps. In 2010 is een orkaan over het eiland geraast en heeft veel gebouwen vernield. Pas heel langzaam wordt alles herbouwd wat betekent dat er veel nog plat lag.
Terug op het resort hebben we in de lagune gekayakt en gezwommen in de infinetypool. Dat is een zwembad waarbij het lijkt of het water van het zwembad naadloos over gaat in de zee.
Na wat drankjes op ons privé terras hebben we 's avonds gedineerd in het restaurant van het hotel. Vanachter ons tafeltje hadden we een 180 graden uitzicht op de lagune. Hoe mooi wil je het hebben? We willen met alle liefde hier blijven wonen maar dan zullen we wel gesponsord moeten worden. Alles is hier kei-duur. Heb je dus geld over dan houden wij ons aanbevolen.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Zondag in München

Zondag in Oslo

Pieterpad, etappes 22 en 23