Glasgow, dag 1

Gedurende de nacht regende het flink en hoewel het ’s ochtends weer droog was, was het zwaar bewolkt en iets ander weer dan gisteren. Jammer, want we hadden graag een zonnetje gehad in Glasgow.
Om kwart voor negen wandelden we naar de bushalte en gelukkig hoefden we niet lang te wachten op de bus die ons naar het centrum van Glasgow zou brengen. De drukte in de bus viel mee. We hadden verwacht dat, vanwege de treinstaking, het erg druk zou zijn in de bus, maar dat was dus niet zo. Het traject naar het centrum van de stad is nog geen 10 kilometer. Op die afstand zijn er maar liefst 60 bushaltes! En bij bijna elke halte moest de bus stoppen. Geen wonder dat we pas 35 minuten later weer konden uitstappen op onze bestemming.

We startten onze ontdekkingstocht door de stad in Buchanan Street, de grootste winkelstraat van Glasgow. Omdat veel winkels nog niet open waren, was het er nog niet druk. We vonden er opvallend veel panden met prachtige gevels in zandsteen. Er moet op enig moment veel geld zijn geweest in de stad. Via Buchanan Street liepen we naar de rivier de Clyde die de stad in tweeën deelt. Duidelijk was ons dat de Clyde geen grote rol speelt in de stad. We hadden mooie panden en terrasjes aan het water verwacht, maar dat was er allemaal niet.
We liepen daarna naar het Centraal Station wat een erg mooi gebouw is, maar vanwege de treinstaking was het er erg leeg. Wel was het station van alle gemakken voorzien, maar veel klandizie was er deze dag niet. Wij kozen voor onze dagelijkse koffiestop één van de vele Starbucksvestigingen uit.
George Square ligt centraal in de binnenstad. Op het plein staan veel standbeelden van Schotse beroemdheden. De hoofden van al die beelden zaten onder de vogelstront omdat de meeuwen voortdurend op die hoofden pauzeerden. Het plein is rondom bebouwd met belangrijke gebouwen, maar het mooiste gebouw is ongetwijfeld de City Chambers. In dit gebouw huist het gemeentebestuur en die hebben zich luxe gehuisvest. We konden de benedenverdieping bekijken en die was echt prachtig met mooie trappen en hoge plafonds. Leuk om even te bekijken.
Onze volgende bestemming was de St. Mungo’s Cathedral. Het is een gotische kathedraal uit de 13e eeuw en één van de weinig overgebleven middeleeuwse kerken in Schotland. Helaas was de kathedraal dicht toen we daar aankwamen vanwege de lunch. We moesten nog zo’n drie kwartier wachten tot de deuren weer open gingen. In die tijd bezochten we het indrukwekkende necropolis, pal achter de kathedraal. De necropolis is een Victoriaans kerkhof op een heuvel en er liggen zo’n 50.000 lichamen begraven, maar er staan zo’n 3.500 grafmonumenten. Daaronder prachtige monumenten die door beroemde architecten zijn ontworpen.
Toen de deuren van de kathedraal om één uur opengingen, namen we meteen een kijkje. Ondanks, of wellicht dankzij, z’n enorme leeftijd, was het interieur prachtig. Vooral de onderkerk. In de kathedraal heb je namelijk twee kerken boven elkaar.
Na ons bezoek aan de kathedraal liepen we terug naar het centrum. Het was tijd voor de lunch. Omdat we de stad niet kenden, hadden we wat moeite met het vinden van een gezellig restaurantje en werd het een bezoekje aan Mac Donalds. Die leuke restaurantjes vonden we ’s middags wel, maar toen hadden we al gegeten.

Een monument in Glasgow dat je echt niet mag missen is het standbeeld van Wellington, die gezeten op z’n paard voor de Gallery of Modern Art, is voorzien van een grote verkeerskegel op z’n hoofd. Vroeger werd de kegel steeds weggehaald, maar tegenwoordig laten ze die maar zitten.
Al slenterend door de stad geraakten we in Merchants City en hier vonden we de door ons gezochte gezellige restaurantjes en barretjes. Wij dronken in een kei mooi restaurant, Mowgli, een drankje. Toen we dat naar binnen hadden gewerkt, was het tijd om de bushalte op te zoeken waar de bus terug naar de camping, zou stoppen. We moesten even wachten op de bus en de terugreis duurde net zo lang als de heenreis door al die bushaltes, maar tegen half zes waren we weer bij onze camper.
Glasgow was nog niet zo lang geleden een grauwe industriestad. Vooral de laatste jaren is er veel gedaan om de stad op te knappen en dat zie je ook wel. Er is veel moois te ontdekken. Maar ga je één straatje links of rechts van de grote doorgaande straten, dan is dat rauwe randje nog steeds te zien. Er zijn ook veel bedelaars en mensen die zo zat zijn dat ze niet op hun benen kunnen blijven staan. Wij vonden Edinburgh heel wat aantrekkelijker wat niet weg neemt dat we morgen weer in de stad te vinden zijn omdat er nog genoeg is dat we bekeken willen hebben.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Pieterpad, etappes 22 en 23

Zondag in München

Zondag in Oslo