Naar de Bromo

Deze nacht was het weer zo ver; een bloedirritante imam die het nodig vond om om kwart voor vier te beginnen met z’n vals gejammer in een poging om moslims aan het bidden te krijgen. Het leek alsof de vent niet meer ophield met herrie schoppen. Om zes uur begon ie nog een keer, maar toen was er ook al zoveel herrie van het verkeer dat we allebei wakker waren. Het ontbijt was deze morgen uitgebreider dan we de afgelopen veertien dagen hadden gehad. Enny, de eigenaresse van het guesthouse wist precies waar Nederlanders van houden en dus was er bruin boord, hagelslag, pindakaas en diverse soorten jam. Alleen kaas ontbrak.
Voordat we aan de rit naar de Bromo vulkaan zouden aanvangen, liet Eddy de chauffeur nog door het koloniale deel van Malang rijden. Koloniale voorouders vestigden zich graag in deze stad vanwege het koelere klimaat. Daar was vandaag niks van te merken. Het was gewoon weer ouderwets bloedheet. In het centrum, bij het Alun Alunplein keken we gedurende een half uurtje even rond. Het mooiste koloniale gebouw was Toko Oen, een café dat er nog exact hetzelfde uitziet als in 1930. Ook het interieur is nog helemaal van die tijd. Verder bekeken we twee kerken, alleen van de buitenkant, want de gebedshuizen waren alle twee dicht.
Halverwege de ochtend stopten we bij een theeplantage. Hier kregen we eerst een rondleiding door de fabriek om te zien hoe thee wordt gemaakt. Daarna moest er natuurlijk geproefd worden. Een rondgang door de theevelden completeerde de rondleiding. Ook werd er thee geplukt. Alles gaat hier nog met de hand en niet elektrisch zoals we dat in Maleisië zagen. Eddy had ook de lunch geregeld op de theeplantage.
‘s Middags zaten we het grootste deel van de tijd in de bus. Het landschap kenden we inmiddels en dus werd er af en toe een dutje gedaan of naar muziek geluisterd. Om kwart voor vier werd onze grote bus ingeruild voor twee kleine minibusjes. We moesten namelijk een erg steil traject naar ons hotel gaan afleggen en de grote bus kon die hellingen gewoonweg niet aan. We zaten krap in de minibusjes maar het schoot wel op. Om half vijf stonden we bij onze eindbestemming voor deze dag; een simpel maar prima hotelletje met uitzicht op de rokende Bromo-vulkaan. Hoewel het op de top van de berg frisjes was, was het toch zeker niet koud. Dat vond de plaatselijke bevolking echter wel. Die waren allemaal ingepakt in dikke jassen en wollen mutsen. We werden overspoeld met verkopers van wollen mutsen en sjaals en zelfs handschoenen. Ze konden maar niet begrijpen dat Ron geen muts wilde want die moest het toch zou koud hebben zo zonder haren. Ron had het echter prima, dus geen muts.
Zolang het licht was genoten we nog van het onaardse uitzicht op de krater van de Bromo waar overigens flink wat stoom uit kwam. Tot aan het diner zaten we in de eetzaal van het hotel aan de borrel. De hele groep was er en het was er erg gezellig. Aansluitend hebben we gegeten. Pizza dit keer voor de broodnodige afwisseling van alle rijst en bami.
We lagen al om half negen in bed omdat we morgen al om 03.00 uur er weer uit moeten. We gaan dan de zonsopkomst bij de Bromo vulkaan bekijken. Hopen dat het helder weer is.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Zondag in München

Pieterpad, etappes 22 en 23

Zondag in Oslo