De eerste lentedag op Vlieland

Op de eerste dag van de lente werden we wakker met een zwaar bewolkte hemel. Buiten waaide nog steeds een noordenwind waardoor het koud aanvoelde. Toen we na het ontbijt op pad gingen, waren we dan ook goed en vooral warm aangekleed. Vanuit het hotel liepen we eerst nog weer een keer naar het rode vuurtorentje die op het hoogste punt van het eiland staat. Terwijl we daar waren brak de bewolking open en zagen we voor het eerst deze dag de zon. Wel bleef de wind veel te hard waaien voor de drone. Die durfde Ron met zoveel wind niet op te laten.
Via de verharde weg aan de zuidkant van het eiland liepen we westwaarts. Er waren veel fietsers op de weg op deze zondagmorgen en ook diverse eilandbewoners besloten naar het westen van het eiland te rijden. Zij konden gebruik maken van hun auto. Aan de kant gaan voor voetgangers is niet iets wat de Vlielanders graag doen. Één keer moesten we zelfs aan de kant springen omdat een bejaarde chauffeur op ramkoers lag.
Om van de weg af te komen, besloten we door de bossen te gaan lopen. Daar was het rustiger, maar vanwege de vele regen van de afgelopen week, was het er wel wat drassig. Wel liepen we zo door een begrazingsgebied waar we schapen en Schotse hooglanders zagen. Ook bekeken we de Oude Kooi, een eendenkooi die men gerestaureerd had.

Na een bezoekje aan een vogelhut arriveerden we iets na twaalven bij het Posthuys. Dat is een hotel waar we hadden gehoopt koffie te kunnen drinken. Helaas, alles bleek gesloten. Daarom aten en dronken we maar van onze meegebrachte spullen. Na deze lunch liepen we Kroon’s Polders in, een vogelbroedgebied wat we niet mochten betreden, maar waar we omheen konden lopen. In de verte zagen we veel vogels in het gebied. Lekker was het zonnetje dat zich nu goed liet zien. Aan de einde van Kroon’s Polders kwamen we aan bij de militaire basis aan het begin van De Vliehors. Doordeweeks maken vliegtuigen dit gebied onveilig met hun oefeningen. In de weekends mag je het gebied betreden. Wij besloten dat niet te doen omdat de afstanden op Vlieland toch wat groter bleken dan we hadden gedacht.
We besloten via de noordkust weer naar het hotel te lopen. Het strand bij de militaire basis was breed en prachtig. Wel liepen we nu in de wind, die eigenlijk van achteren had moeten komen, maar stiekem gedraaid was waardoor het toch zwoegen was, mede door de zachte ondergrond. Toch was het een prachtige wandeltocht, mede door de hoge golven en het mooie licht.
Na vijf kilometer strand besloten we weer achter de duinen te gaan lopen. Het pad ging omhoog en omlaag maar we liepen tenminste uit de wind. Tussen de duinen waren allerlei vennetjes en het was er prachtig. Tegen vieren kwamen we, na ruim vijfentwintig kilometers wandelen weer aan bij het hotel. Daar sprongen we meteen onder de douche en bestelden spareribs met friet voor het diner. Die hadden we wel verdiend vonden we, na al die verbrande calorieën. Keurig op tijd werd de maaltijd bezorgd en de spareribs smaakten ons prima.
Morgen reizen we al weer terug naar huis. De tijd is omgevlogen en ondanks wat beperkingen, hebben we ons uitstekend vermaakt. Daar kon geen lockdown iets aan veranderen.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Pieterpad, etappes 22 en 23

Zondag in München

Zondag in Oslo