De 30 van Zandvoort, Edam en Monnickendam

Hoewel we nog niet zeker zijn van deelname aan de 100 ste vierdaagse in Nijmegen, trainen we toch regelmatig. Al was het alleen maar om in conditie te blijven en gewoon omdat het leuk is om te wandelen. Een leuke georganiseerde wandeltocht is ieder jaar weer de 30 van Zandvoort. De tocht gaat over het strand, door de duinen en door een paar kakdorpen waar mensen wonen met veel meer geld dan wij. Al een paar jaar is deze wandeltocht de eerste 30-er van het jaar die we lopen. Ook dit jaar hadden we ingeschreven. Om na de wandeling geen twee uur bezweet in een auto naar huis te moeten zitten, hadden we in Zandvoort een hotelovernachting geboekt. Ron had van z’n baas nog een kortingsbon voor een overnachting liggen en die kwam nu goed van pas.
Om op tijd te kunnen starten moesten we deze zaterdag vroeg ons bed uit. Het is immers een kleine twee uur rijden naar Zandvoort. Gelukkig was het wel erg rustig op de snelwegen zodat we goed opschoten en stressvrij in Zandvoort aankwamen. De auto konden we kwijt op het racecircuit van Zandvoort waar ook de start van de wandeltocht was. Daar was het druk. 
Zo’n 6675 andere mensen hadden hetzelfde idee opgevat. Een hoop waren al voor ons gestart, maar er stonden er nog genoeg voor de start klaar. Het waren er nog zoveel dat we moesten wachten om de grote tent binnen te kunnen waar je je eerste stempel van de tocht kreeg. Al meteen bij binnenkomst kregen we een gebakje aangereikt. Nadat we dat hadden weg gewerkt begonnen wij aan onze tocht. Helaas had het mooie weer van de afgelopen dagen geen stand gehouden en was het zwaar bewolkt. Gelukkig was het droog maar er stond een harde wind. En die wind hadden wij natuurlijk op kop gedurende de acht kilometer die we over het strand moesten afleggen. Toch viel dat helemaal niet zo tegen. Voordat het we wisten konden we bij IJmuiden het strand af en ging de route verder door de duinen. Vanaf hier hadden we de wind in de rug en omdat de duinen ook wat beschutting boden, was het prettig wandelen. Het was gezellig druk maar niet te druk.
Onderweg waren vijf stempelposten en bij elke post kregen we, behalve een stempel, een versnapering uitgereikt. De organisator, Le Champion, doet dat bij elk van z’n tochten en dat is de reden dat we regelmatig meelopen met evenementen die Le Champion organiseert. Het is altijd weer even goed geregeld.
Tegen half vier liepen we Zandvoort weer binnen en midden in het dorp konden we onze medaille in ontvangst nemen. Een mooiere beloning waren de hapjes en drankjes die we ons toestonden in een strandtent. Lekker aan het raam, uit de wind, genoten we van koffie, thee, trappist en bitterballen. Alle calorieën die we tijdens de wandeling hadden verloren zaten er weer aan tegen de tijd dat we de strandtent verlieten en over de boulevard naar het hotel liepen.
In het hotel kregen we een gratis upgrade naar een luxere kamer van de vriendelijke receptioniste. Voordat we op het bed konden neerploffen moesten we eerst een plekje zoeken voor onze auto. Die kon niet op het circuit blijven staan en parkeren bij het hotel à 14,50 euro vonden we teveel. Gelukkig vonden we vlakbij het hotel een mooi plekje voor de auto waarvan we toen dachten het het gratis was. Dat bleek achteraf niet zo te zijn, maar gelukkig kregen we geen bekeuring.
Omdat we geen van beiden honger hadden na het bier en de bitterballen besloten we bij een supermarkt een salade te halen. Zodoende hoefden we na het douchen niet meer het hotel uit om ergens te gaan eten. Het was wel een eindje lopen naar die supermarkt zodat we deze dag ruim 35 kilometer hebben getippeld.
De avond verliep zoals we die in gedachte hadden. Douchen, salade eten, televisie kijken en erg vroeg hele zware ogen krijgen en kijken op de klok of we al mogen  gaan slapen. We hielden het vol tot half tien maar toen ging het licht, letterlijk, uit.

Weer helemaal uitgerust werden we de volgende morgen wakker en deden ons tegoed aan een uitgebreid ontbijtbuffet in het hotel. We aten veel meer dan goed voor ons was. We waren na het uitchecken nog niet van plan om naar huis te gaan. We hadden immers nog de hele zondag. Omdat we beiden nog nooit in Edam en Monnickendam waren geweest, besloten we die stadjes te gaan bekijken. Erg in de buurt van Zandvoort liggen die plaatsjes niet. We moesten zo’n 55 kilometers rijden voordat we de auto in Edam parkeerden. We waren net uit de auto en liepen het oude stadscentrum in toen het begon te miezeren. Dat was een tegenvaller. Het centrum van Edam was dat niet. Dat zag er heel leuk uit met z’n grachtjes, oude, scheefgezakte bouwsels en z’n kaasmarkt. We liepen geruime tijd door het centrum en waren druk met foto’s maken. Toen we het centrum zo’n beetje hadden gezien liepen we naar de zeesluis die een eindje buiten het stadje ligt. Het weer werd er niet beter op maar we wandelden toch door. Na de sluis wilden we nog naar het Fort Edam, maar dat bleek gesloten. In een bakkerszaak waar je ook wat kon drinken, lunchten we. Gelukkig werd het weer wat beter en toen we weer buiten kwamen was het droog. We liepen nog even door wat oude straatjes vol leuke pandjes voordat we naar Monnickendam reden. Tegen de tijd dat we daar waren, scheen de zon zelfs af en toe een beetje.
We begonnen onze tocht door Monnickendam in de Grote Kerk die aardig is scheef gezakt. Binnen vonden we een typisch protestants interieur zonder veel opsmuk. We hadden het dan ook al snel gezien. Leuker waren de Speeltoren en de Waag en de haven. We slenterden een tijdje door het centrum en namen her en der wat foto’s.
Om niet te laat weer thuis te zijn, hielden we ons bezoekje aan Monnickendam beperkt tot het centrum van het stadje. We moesten immers weer een kleine twee uur naar huis terug rijden. Die rit viel alleszins mee en tegen vieren waren we weer thuis.
Al met al was het een lekker weekendje weg geweest waar we tevreden op terug kijken.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Zondag in München

Zondag in Oslo

Pieterpad, etappes 22 en 23