Pieterpad, 16e etappe

Met de gedachte dat het in het begin van de lente ook wel lente-achtig weer zou zijn, hadden we besloten om weer twee etappes van het Pieterpad te gaan lopen. Vanuit het kleine plaatsje Braamt naar Millingen aan de Rijn en van daar uit naar Groesbeek, een plaats die we inmiddels goed kennen van alle wandeltochten die we daar al hebben gelopen. In Millingen hadden we voor een zacht prijsje een hotelkamer met driegangendiner weten te boeken.
Alsof de duvel er mee speelt, maar de weersvooruitzichten voor het weekend waren niet goed, maar omdat we het hotel al hadden geboekt, moesten we wel gaan. We hebben dit Pieterpad al vaker in slecht weer gelopen en we zijn er nog steeds niet van gesmolten, dus vetrokken we zaterdags vroeg in de morgen in de hoop dat het allemaal wel mee zou vallen met het weer. De rit naar Groesbeek duurde maar zo’n drie kwartier. We vonden een prima plek voor het Peugeotje midden in het centrum, maar daarmee waren we er nog niet. Nu moesten we nog met het openbaar vervoer in Braamt zien te komen. Het probleem is dat we de Rijn over moesten steken en er zijn in dit deel van Nederland bijna geen bruggen over die rivier. Daarom moesten we eerst met de bus naar Nijmegen om daar de trein naar Arnhem te nemen. In Arnhem moesten we weer overstappen op de trein naar Doetinchem om daar op de bus naar Braamt te stappen. En hoewel we geluk hadden met de overstaptijden en we in Doetinchem zelfs direct door konden, was het toch bijna elf uur voordat we aan het wandelen konden beginnen. Onderweg hadden we regen gehad maar ook zon en toen we uit de bus stapten, was het gelukkig droog.
Braamt is helemaal niet spannend en we waren binnen vijf minuten het dorp al uit. Daarna liepen we door wat velden en langs een doorgaande weg voordat we in een uitgestrekt bosgebied uit kwamen. Het pad liep omhoog maar was goed te belopen. Helaas begon het te regenen en dat bleef het ook doen. Natuurlijk waren we er op gekleed maar het loopt gewoon niet zo lekker met regendruppels op je bril en je hoofd onder een grote capuchon. De omgeving was de eerste 9 kilometer ook alles behalve inspirerend. Het waren alleen maar bossen en nog eens bossen. Het enige verzetje waren twee wat oudere dames die ook bezig waren met het Pieterpad. We kwamen ze tegen toen ze ons vroegen een foto van hen bij een Pieterpadbord te maken. Het hoosde inmiddels maar de dames hielden de lol er in. Apart was hun route. Ze waren halverwege het pad begonnen en liepen eerst naar het zuiden om daarna pas het deel naar Pieterburen te gaan lopen. Ook hielden ze zich niet aan de vast gestelde etappes. Afijn, iedereen z’n eigen keus, zullen we maar zeggen.
Net nadat we de dames een prettige wandeling hadden gewenst, liepen we Duitsland in. Dit deel van het Pieterpad loopt op diverse plaatsen door dit land. Na de hoosbui klaarde het gelukkig wat op en er was zelfs af en toe wat blauw aan de hemel te zien. Na ongeveer 11 kilometer wandelen kwamen we bij het plaatsje Elten uit. Hèhè, eindelijk eens iets anders dan bossen en bomen. Elten is maar een klein plaatsje maar zag er wel leuk uit. Bij het middeleeuwse kerkje vonden we ook de Druses-bron waar men mineraalwater naar boven pompt. Druses was een Romeins veldheer maar de bronnen zijn iets minder oud dan de naam doet vermoeden. Toch wordt er al vanaf het jaar 750 water naar boven gepompt. Vanuit Elten liep het pad omlaag totdat we onder een spoorweg door weer in Nederland uit kwamen. Daar liepen we even later het dorpje Spijk binnen. Hier was het saaiheid troef. De 600 inwoners wonen er in kleine ouden huisjes en behalve een oversized kerk en een kroeg die dicht was, was er niks te beleven. Omdat het weer wat begon te druppelen aten we op een bankje voor de kroeg eerst een paar boterhammen.
Vanuit Spijk liepen we de dijk aan de Rijn op en nu was er vanalles te zien. Op het water voeren talloze schepen en het was leuk uitkijken over het water dat schitterde in de zon die gelukkig af en toe weer door de wolken kwam gepiept. Het pad voerde ons enkele kilometerslang parallel aan de Rijn en langs diverse steenfabrieken naar Tolkamer. Jammer genoeg liepen we wel op een drukke weg met veel autoverkeer. In Tolkamer pauzeerden we even in een restaurantje en dronken er een dikverdiende kop chocomel met slagroom. Zo achter het glas van het restaurant was het warm en ook buiten werd het weer gelukkig steeds beter. Er was wel steeds die donkerblauwe of zelfs zwarte bewolking boven ons maar er viel gelukkig geen water meer uit. Positief bijverschijnsel was het prachtige licht wat dat soort bewolking, samen met een zonnetje oplevert. We namen dan ook veel foto’s. Langs scheepswerf De Hoop en de vluchthaven liepen we naar een groot recreatiegebied de Bijland genaamd. ’s Zomers zal het er allemaal best gezellig zijn, maar nu waren wij de enigen die er liepen en alles was dicht zodat het minder interessant was om er te wandelen.
Iets na vieren kwamen we aan bij het punt waar we met een pontje het Bijlands Kanaal, zoals de Rijn hier heet, over moesten steken. Er was echter geen pontje te bekennen. Na goed kijken zagen we het pontje aan de overkant, bij Millingen, aangemeerd liggen. Op het infobord lazen we dat het pontje pas om vijf uur onze kant op zou komen varen. Dat betekende bijna een uur wachten. 
En dat met de finish in zicht! Er zat echter niks anders op want het pontje was echt de enige mogelijkheid om in Millingen aan de Rijn te komen. Het alternatief was doorlopen naar Pannerden, daar de bus naar Nijmegen te pakken en van daaruit de bus naar Millingen. Op die manier zouden we pas ergens in de avond in ons hotel aan komen. Wachten dus. Dat was echter geen pretje. De zon was weg en het werd koud en toen het ook nog begon te regenen was de lol ver te zoeken. Gelukkig zagen we tegen vijven vanuit onze plek aan de overkant van het water een mannetje op een brommertje aankomen rijden die even later het pontje leven in blies en daarmee eindelijk onze kant op kwam. Tien minuten laten stonden we eindelijk aan de overkant en konden vanaf de oever zo Millingen binnen lopen. Het hoosde inmiddels weer eens een keer en we waren behoorlijk koud en nat. Gelukkig zat de etappe van ruim 24 kilometer er op en konden we naar het door ons uitgekozen hotelletje.
Daar kwamen we onder de douche weer wat op temperatuur en genoten we ’s avonds van een prima driegangendiner voordat we al vroeg gingen slapen.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Zondag in München

Zondag in Oslo

Pieterpad, etappes 22 en 23