Via het North Cascades NP naar Winthrop

 Het was wennen, die eerste nacht slapen in ons campertje. Het bed was smaller dan gehoopt en het matras harder dan verwacht. Toch sliepen we niet al te slecht. Wel waren we vroeg wakker, zo rond een uur of zeven. Erg vonden we dat niet want we hadden veel plannen voor deze dag. We ontbeten met havermout met appel en banaan. Dat hadden we gisteren ook gegeten bij Mc Donalds en dat was ons goed bevallen. Ook nu smaakte dat prima en gaf ons een goeie bodem voor de morgen.
Rond half negen reden we de camping af en reden we even later de Highway 5 op om via die snelweg naar de Highway 20 te rijden. Het eerste stuk was nog vlak en ook het uitzicht was niets speciaals. Dat veranderde echter al snel toen we de North Cascades Scenic Highway bereikte. Dat was nog steeds dezelfde snelweg, alleen reden we nu door de bergen en dichte bossen parallel aan de Skagit rivier. Was het in aanvang nog bewolkt, gaandeweg werd het weer steeds vriendelijker en verschenen er grote stukken blauw aan de hemel.
Tegen een uur of elf kwamen we het nationale park North Cascades binnen gereden. Bij de ingang stond een groot bord waarvoor we natuurlijk stopten om het op de foto vast te leggen. Daar raakten we een tijdje aan de praat met een Amerikaans koppel. Wat is dat toch met die Amerikanen? Ze buurten je de oren van je kop. Ze zijn wel zonder uitzondering allemaal even vriendelijk. Een kwartiertje later waren we in het gehucht Newhalem, één van de weinige plaatsjes langs de snelweg. Hier was het bezoekerscentrum van het park gevestigd en wij gingen daar dan ook op bezoek. Je kunt van Amerikanen zeggen wat je wilt, maar ze hebben hun nationale parken prima in orde, zo ook dit bezoekerscentrum. Een prachtig gebouw dat wegviel in de natuur met allerlei tentoonstellingen en een filmzaal waar een film over het park speelde. Rondom het gebouw liep een nature trail en ook een korte trail naar de uitzichtpunt. Die trail liepen wij, maar waren er zo mee klaar want lang was het niet wandelen. Daar houden Amerikanen namelijk niet van.
In het plaatsje Newhalem zelf kochten we een vanillekoffie en keken er wat rond, o.a. bij een oude stoomlocomotief die vroeger was gebruikt bij het ontsluiten van dit gebied. Iets buiten het plaatsje vonden we het Gorge Powerhouse, een stroomstation dat werkt op de kracht van het water van de Skagitrivier. Bij dat station waren ook de Ladder Creek Falls en was er verder een tuin die, hoewel wat verwaarloosd, wel mooi was. Ook de waterval mocht er zijn. Heel even vielen er een paar druppels regen, maar veel stelde dat niet voor.
Een paar kilometer voorbij Newhalem stopten we op een parkeerplaats bij de Gorge dam. Die blokte de Skagit af waardoor er een stuwmeer was ontstaan. Behalve een diepe canyon was er ook de Gorge overlook trail. Een wandeling van maar liefst een hele kilometer. Bij het begin hadden de Amerikanen er een bord bij gezet dat je een uur over deze trail zou doen. Wij waren in 20 minuten helemaal rond en hadden we het rustig aan gedaan.
Hoewel de route voor vandaag maar zo’n 224 kilometer was, deden we er het grootste deel van de dag over. Dat kwam doordat we om de haverklap langs de kant van de weg stonden omdat er weer wat moois te zien was. Helemaal de moeite waard was de Diablo Overlook. Hoog boven een prachtig groen gletsjermeer was een parkeerplaats gemaakt waar vandaan je prachtig over het meer en de ruige omgeving kon kijken. Hier zagen we ons eerste wild in de vorm van een pika, een soort konijn en een eekhoorn. Veel is het niet, maar het is een begin. Bij de overlook besloten we ook te lunchen. Dat deden we maar in het campertje.
Enkele kilometers verderop stonden we weer stil. Nu bij de indrukwekkende Washington Pass Overlook. Vanaf een hoog gelegen rotsblok hadden we een schitterend zicht op de pas en de grillige bergen daarachter. We zaten op een hoogte van 1900 meter en hoewel de zon scheen, was het toch een beetje frisjes. Het uitzicht maakte echter alles goed.
Nadat we door de Washington pas waren gereden werden de bergen allengs wat vlakker en maakten de bossen plaats voor weidegronden. Ook kwamen we af en toe ook weer bebouwing tegen. Om kwart over drie reden we het plaatsje Winthrop binnen. Dit was onze eindbestemming voor deze dag. Dankzij onze Tomtom reden we zo naar de camping waar we al een plaatsje hadden gereserveerd. Nadat de camper aan de stroom, water en de riolering was aangesloten, liepen we naar de hoofdstraat van Winthrop. 
Om daar te komen liepen we dwars door het Shafer Museum, een grote verzameling oude machines. De hoofdstraat van Winthrop is prachtig. Het is net een openluchtmuseum. Alle gebouwen hebben een western-uiterlijk, compleet met houten sidewalks. Het is dat er auto’s voor de panden staan geparkeerd in plaats van paarden maar anders was het wildwest gevoel compleet. We maakten er heel wat foto’s en zaten een tijd lekker op een terrasje met een drankje. Het weer was nog erg lekker.
Op de camping ontspanden we wat en was Ron een tijd in gesprek met de buurman, een Amerikaan uit Seattle die wat tips voor ons had. Door het lekkere weer konden we weer buiten eten en we lagen weer op tijd in bed.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Zondag in München

Zondag in Oslo

Pieterpad, etappes 22 en 23