Grand Teton NP

Vandaag hadden we nog een restje van het Yellowstone NP te goed en zouden we naar het zuiden  rijden, naar het Grand Teton NP. We hadden allebei redelijk goed geslapen en gelukkig was het afgelopen nacht niet zo koud geweest. We lagen tot half acht in bed en waren binnen een uur op weg. We reden op de rondweg, parellel aan het Yellowstone Lake, naar het zuiden en kwamen zo uit bij de West Thumb Geyser Basin. In eerste opzicht leek het weer een veld vol met bubbelende poelen en roken fumarolen maar hier wachtte ons ook een kleine verrassing; vier elanden. Op een stukje strand aan het meer graasden vier elanden er rustig op los. Ze stoorden zich helemaal niet aan al die mensen die hen aan het fotograferen waren. Wat het extra mooi maakte was dat het strandje ook rookte wat het effect alleen maar mooier maakten.
Een eindje verderop reden we voorbij aan de continental divide. Aan de ene kant van het bord stroomt het water naar de stille oceaan en aan de andere kant stroomt het water naar de Atlantische oceaan. Natuurlijk moesten we even op de foto bij het bord.
De laatste bezienswaardigheid in het Yellowstone NP waren de Lewis Falls. De waterval op zich was niet zo heel spectaculair maar het weidse veld aan de andere kant van de weg maakte de stop toch de moeite waard.
Toen we weer terug in onze camper zaten reden we even later voorbij aan het bord dat mededeelde dat we Yellowstone verlieten en even verder werden we welkom geheten in het Grand Teton NP. We kwamen parallel aan het Jackson Lake te rijden waarachter zich de eerste hoge en vooral ruige en spitse bergen bevonden. Met een lekkere zonnetje erbij gaf dat een spectaculair uitzicht. Om de haverklap stonden we aan de kant van de weg om hetgeen we zagen op de foto vast te leggen. Steeds werden de bergen imposanter en maakten we nieuwe foto’s.
Mooi was het zeker in Colter Bay. Daar deden we eerst wat boodschappen voordat we verder reden naar het jachthaventje. Om hier je bootje te hebben liggen leek ons wel wat. Jackson lake hield op een gegeven moment op en een eindje verder kwamen we uit bij Jenny Lake. Dat was een meer dat een stuk kleiner was, maar het uitzicht op de Grand Tetonrange was er nog mooier. Hier weken we van de doorgaande weg af en namen een "scenic byway" zoals dat zo mooi in het Engels heet. Dat betekende dat de weg smaller werd en het uitzicht nog mooier. Zo kwamen we uit bij een parkeerplaats waar vandaan verschillende trails begonnen. Wij aten er eerst wat voordat we zelf ook aan zo’n wandeling begonnen. De trail zou ons naar de Hidden Falls brengen en was in totaal zo’n 7 kilometer lang. Het eerste stuk was prachtig. De herfst had haar intreden al gedaan en de blaadjes aan de bomen en struiken waren geel en rood hetgeen een mooi zicht gaf. Onderweg kwamen we een aantal visarenden tegen. Het mannetje zat in een boom op een tak en iets verderop zagen we het nest met daarop een luid piepend kuiken. We liepen hoog langs de oever van Jenny Lake naar een aanlegsteiger waar zowat elke tien minuten een boot aanmeerde. 
Vanaf daar was het gedaan met de rust. Uit die bootjes stapten namelijk steeds zo’n vijftig mensen die ook op weg waren naar de Hidden Falls maar te lui waren om het hele eind te lopen zoals wij wel deden. Erger was nog dat de gemiddelde leeftijd van die mensen ergens in de 70 lag en dat ze bijna allemaal een Amerikaans postuur hadden, dik dus, waardoor ze niet vooruit te branden waren. Gevolg was dat er sprake was van ware filevorming op het smalle pad dat nog omhoog liep ook waardoor het allemaal nog langzamer ging. Onze beloning was het aanschouwen van de Hidden Falls die op zich leuk waren, maar eigenlijk niks bijzonders. We waren er dan ook snel weer weg. In een uur liepen we terug naar onze camper en waren blij dat we er waren. We hadden namelijk geen drinken meegenomen en omdat het behoorlijk warm was, hadden we aardige dorst gekregen van al dat wandelen.
We reden verder naar het zuiden en weer stonden we met de regelmaat van de klok langs de kant van de weg of op een parkeerplaats te kijken naar al dat natuurschoon dat het Grand Teton NP ons bood. Rond een uur of half vier reden we het park uit en kwamen enkele kilometers verder uit in het stadje Jackson. Hier vulden we de tank van ons campertje maar weer eens bij. Er ging 30 gallon, zo’n 120 liter in de tank. Dat leverde toch weer een rekening van $110 op.
Jackson was een heel leuk stadje. Normaal gesproken zijn Amerikaanse stadjes helemaal niet mooi. Aan weerskanten van een drukke weg heb je dan wat winkels en andere gebouwen staan, maar in Jackson was dat anders. Hier had je een heus plein midden in het stadje. Ook waren er erg veel winkeltjes. Jackson is namelijk een beroemde wintersport plaats en voorziet in alle behoeften die wintersporters hebben, inclusief een Starbucks. Natuurlijk konden we het niet laten en dronken daar een lekkere frappuchino.
Het was al vijf uur toen we Jackson gezien hadden en op zoek gingen naar een camping even buiten de stad. Toen we daar aankwamen wachtte ons en teleurstelling; de camping was vol. Men was er wel zo aardig om ons een lijstje van andere campings mee te geven waar wellicht nog wel plaats was. Wij reden zo’n 40 kilometer verder naar het plaatsje Alpine waar we een camping vonden die nog een plekje voor ons had. Veel soeps was de camp[ing niet en hij was duur, maar we hadden onderdak en een full hookup met wifi voor de komende avond en nacht.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Zondag in München

Zondag in Oslo

Pieterpad, etappes 22 en 23