Naar Fromista
Vandaag vertrokken we wat later dan normaal uit de albergue. Alhoewel er al vroeg gerommeld werd in allerlei rugzakken, bleven wij even liggen totdat de grootste groep weg was. Daarna aten we nog een zeer eenvoudig ontbijt in de keuken. Daar was het best druk maar niemand zei een stom woord. Dat was tevens het mankement van deze albergue; de voorzieningen waren prima maar er hing geen sfeer. We hadden er dan ook geen moeite mee om verder te trekken.
Omdat we wat later dan normaal vertrokken was het buiten al licht. Daardoor vonden we de weg het dorp uit, moeiteloos. Net buiten het dorp troffen we oude bekenden, Richard en Sandra. Met hen liepen we een eindje op totdat we een meseta op moesten klimmen. Deze was bijzonder steil met een stijgingspercentage van 12% . Toch was het goed te doen omdat het nog niet zo warm was. Eenmaal boven aangekomen genoten we van het fantastisch mooie licht van de opkomende zon. Dat was deze dag extra mooi.
We moesten die meseta ook weer af en dat leverde ons een pad op met een dalingspercentage van maar liefst 18%. Dat was even een klap voor de knietjes. De weg die daarna volgde was nagenoeg vlak maar het wegdek bleef slecht door de vele losliggende stenen.
Pas na 11 kilometer lopen kwamen we in een dorpje waar we in een barretje koffie konden drinken. Na dat dorpje werd het eenzaam. Er waren alleen nog maar graanvelden te zien. In geen velden of wegen was er ander leven te bespeuren. Het zijn deze vlaktes waar de Meseta berucht om is. Op deze hoogvlaktes gaan mensen nadenken over allerlei zaken, gewoon omdat ze daar de tijd voor hebben.
Rond lunchtijd kwamen we in een tweede dorpje aan. Daar was helemaal niks te beleven en er was niks open, behalve een albergue waar we een broodje en wat drinken konden kopen.
Vanuit dat dorpje was het nog 6 kilometer tot aan Fromista, onze eindbestemming voor deze dag. Het landschap onderweg werd gelukkig iets gevarieerder. Nu liepen we af en toe langs wat bomen en ook was er het Canal de Castilla, een irrigatiekanaal. Onderweg hadden we een albergue voor de komende nacht uitgekozen. Die bleek wat van de Camino af te liggen. We kwamen er om kwart over twee aan en kregen twee bedden in een dormitory. De albergue zag er gezellig uit met een mooie tuin. Na de douche zaten we daar een hele tijd met een drankje. Hier kwamen we Sandra weer tegen met nog een bekende, Armand. Best gezellig als je zo wat mensen hebt leren kennen met wie je wat kunt kletsen.
Ook bekeken we het plaatsje. Het was natuurlijk weer siësta en alles was dicht behalve twee kerken. De eerste was niet veel bijzonders maar er was ook een Romaans kerkje van bijna 1000 jaar oud. We moesten betalen om het van binnen te kunnen bekijken maar dat deden we deze keer toch.
Terug in de albergue kletsten we verder met Sandra en Armand en waren in de weer met de gemaakte foto's. Om zeven uur gingen we met zes mensen samen uit eten. We kwamen uit in een klein restaurantje waar ze pizza's verkochten. Die kwamen wel uit de diepvries maar oké, het was gezellig zo met z'n zessen.
We moesten wel op tijd terug zijn in de albergue want om half tien ging daar het licht uit. Dat lukte en we waren weer op tijd onder zeil.
Omdat we wat later dan normaal vertrokken was het buiten al licht. Daardoor vonden we de weg het dorp uit, moeiteloos. Net buiten het dorp troffen we oude bekenden, Richard en Sandra. Met hen liepen we een eindje op totdat we een meseta op moesten klimmen. Deze was bijzonder steil met een stijgingspercentage van 12% . Toch was het goed te doen omdat het nog niet zo warm was. Eenmaal boven aangekomen genoten we van het fantastisch mooie licht van de opkomende zon. Dat was deze dag extra mooi.
We moesten die meseta ook weer af en dat leverde ons een pad op met een dalingspercentage van maar liefst 18%. Dat was even een klap voor de knietjes. De weg die daarna volgde was nagenoeg vlak maar het wegdek bleef slecht door de vele losliggende stenen.
Pas na 11 kilometer lopen kwamen we in een dorpje waar we in een barretje koffie konden drinken. Na dat dorpje werd het eenzaam. Er waren alleen nog maar graanvelden te zien. In geen velden of wegen was er ander leven te bespeuren. Het zijn deze vlaktes waar de Meseta berucht om is. Op deze hoogvlaktes gaan mensen nadenken over allerlei zaken, gewoon omdat ze daar de tijd voor hebben.
Rond lunchtijd kwamen we in een tweede dorpje aan. Daar was helemaal niks te beleven en er was niks open, behalve een albergue waar we een broodje en wat drinken konden kopen.
Vanuit dat dorpje was het nog 6 kilometer tot aan Fromista, onze eindbestemming voor deze dag. Het landschap onderweg werd gelukkig iets gevarieerder. Nu liepen we af en toe langs wat bomen en ook was er het Canal de Castilla, een irrigatiekanaal. Onderweg hadden we een albergue voor de komende nacht uitgekozen. Die bleek wat van de Camino af te liggen. We kwamen er om kwart over twee aan en kregen twee bedden in een dormitory. De albergue zag er gezellig uit met een mooie tuin. Na de douche zaten we daar een hele tijd met een drankje. Hier kwamen we Sandra weer tegen met nog een bekende, Armand. Best gezellig als je zo wat mensen hebt leren kennen met wie je wat kunt kletsen.
Ook bekeken we het plaatsje. Het was natuurlijk weer siësta en alles was dicht behalve twee kerken. De eerste was niet veel bijzonders maar er was ook een Romaans kerkje van bijna 1000 jaar oud. We moesten betalen om het van binnen te kunnen bekijken maar dat deden we deze keer toch.
Terug in de albergue kletsten we verder met Sandra en Armand en waren in de weer met de gemaakte foto's. Om zeven uur gingen we met zes mensen samen uit eten. We kwamen uit in een klein restaurantje waar ze pizza's verkochten. Die kwamen wel uit de diepvries maar oké, het was gezellig zo met z'n zessen.
We moesten wel op tijd terug zijn in de albergue want om half tien ging daar het licht uit. Dat lukte en we waren weer op tijd onder zeil.
Reacties