Een vulkaan die we niet te zien kregen
Eddy baalde ook wel een beetje want hiermee ging de hele excursie de mist in. Hij probeerde met wat alternatieven toch te redden wat er te redden viel. Zo stopten we onderweg bij een theeplantage waar we foto’s maakten van de theepluk. Ook nam hij ons mee naar wat hij “warmwaterbronnen” noemde waar we konden zwemmen. Dat bleek echter een soort van pretpark te zijn met een paar baden met thermaal water. Ons sprak het park in het geheel niet aan en we gingen dan ook niet zwemmen.
Eerder dan verwacht waren we weer terug in Bandung. We maakten nog een ritje door de stad om de koloniale gebouwen die we gisteren niet hadden kunnen zien vanwege de duisternis, te kunnen bekijken. Wederom kwamen we tot de conclusie dat het goed wonen moet zijn geweest voor onze voorouders hier. Hun woningen zijn meestal netjes opgeknapt en de destijds jonge boompjes zijn prachtige volwassen exemplaren geworden waardoor de huizen lekker in de schaduw liggen.
Nadat we weer bij ons hotel waren afgezet, deden we daar de was en namen ook onszelf even onder handen. Fris geschoren gingen we daarna naar het open restaurant bij het zwembad om er wat te eten, te drinken en te computeren. Zo ging de middag in een lekker lui gangetje voorbij.
Iets na zessen liepen we naar het grote winkelcentrum in de buurt van het hotel voor de nodige boodschappen. Het diner vond deze avond plaats bij de lokale Japanner en zo kwam het dat Ron voor de 2e avond achter elkaar sushi at. Niet dat Indonesisch eten niet lekker is, maar ja, die sushi!
We lagen op tijd in bed want morgen gaat om 05.00 uur de wekker al. We gaan dan een treinreisje maken.
Reacties