Dagje Darwin
Tegen enen in de nacht landde het vliegtuig in Darwin. Omdat we vooraan in het toestel zaten, waren we er snel uit. De formaliteiten verliepen erg snel. Een vriendelijke douanebeambte loodste ons door de paspoortcontrole waarna we onze tassen al op de bagageband aantroffen. Anders dan op de televisieserie stelde de Australian Border Patrol helemaal niks voor en mochten we meteen doorlopen de aankomsthal in. Daar was het, omdat het nacht was, doodstil. Uit een geldautomaat haalden we onze eerste Australische dollars en konden buiten het luchthavengebouw meteen in een taxi stappen.
Na een rit van een kwartier stonden we bij ons hotel midden in de stad. Het was wel een prijzig taxiritje, maar dat heb je ’s nachts. Door een vriendelijke jongedame werden we ingecheckt en nog voor tweeën waren we op onze mooie hotelkamer. Na wat prullen was het half drie en hoog tijd om te gaan slapen. Dat wilde in aanvang nog niet zo lukken, maar uiteindelijk vielen we in slaap tot negen uur ’s ochtends.
Ontbijten deden we op een terrasje van een tentje in het winkelhart van de stad. Het was schitterend weer en we zaten prima in de schaduw te genieten. Daarna gingen we het stadscentrum bekijken. Het stikte van de souvenirwinkels en met moeite kon voorkomen worden dat Nicky alle winkels leeg kocht.
Vijftien jaar geleden waren we ook in Darwin en de eerste foto die we toen maakten was van de Christ Church Cathedral. Die stond er nog steeds en wederom was het één van de eerste foto’s die we maakten. Anders dan 15 jaar geleden was er nu een prachtig ontwikkeld waterfront met zwemgelegenheden en tal van restaurantjes etc. Langzaam, vanwege de hitte en het nog een beetje sloom zijn door het tijdsverschil van 7,5 uur, slenterden we langs het waterfront. Ook bekeken de over gebleven oude gebouwen. Dat zijn er niet veel meer want Darwin heeft z’n portie (natuur)geweld wel gehad. Oorlog en orkanen hebben heel wat oude gebouwen gesloopt. We slenterden ook door het Bicentennial Park waar mooie vogels zaten om zo weer uit te komen in het centrum.
In een supermarkt kochten we wat drinken en een broodje en aten dat op in een klein stadsparkje. Ook zorgden we er voor dat we konden gaan internetten en bellen met onze smartphones. Bij telecomprovider Telstra kochten we twee prepaid simkaarten zodat we iedereen op de hoogte kunnen houden van onze belevenissen en we zelf wat meekrijgen van het wereldnieuws. Nu maar hopen dat de dekking een beetje fatsoenlijk is in de outback.
Na nog een wandeling door de stad, gingen we even terug naar onze kamer. Hier hielden we even ons gemak want helemaal gewend aan het tijdsverschil zijn we nog niet. Rond een uur of vijf waren we weer opgeladen en gingen we de stad weer in. Nicky had nog wat bezienswaardigheden gevonden. De Chinese tempel was helaas gesloten maar de Tree of Wisdom kon nergens heen en dus konden we die bekijken. Vol met nieuwe wijsheid liepen we daarna naar het Bicentennial Park voor de zonsondergang.
Veel hadden we vandaag niet gegeten en dus gingen we op tijd dineren. We gingen terug naar Monsoon, een restaurant/bar waar we ’s middags ook hadden gezeten. Zo ’s avonds zag het er nog gezelliger uit dan ’s middags. Het eten was simpel maar heerlijk. De rest van de avond waren we op onze hotelkamer te vinden en vochten tegen de slaap. We gingen daarom vroeg slapen. Hopelijk zijn we morgen gewend aan het tijdsverschil want dan gaan we de camper ophalen.
Reacties