Snorkelen met lamantijnen
Nicky’s verjaardag! En wat doe je dan? Dan sta je heel vroeg op om te gaan snorkelen met lamantijnen. Gisteren hadden we die grappige en kolossale beesten in een dierenpark gezien. Nu wilden we het echte werk gaan doen; zwemmen naast in het wild levende zeekoeien. We moesten vroeg op omdat de tour al om half acht startte. Om kwart over zeven waren we bij het bedrijfje op het terrein van het hotel dat deze snorkel excursies organiseerde. Daar kregen we na betaling een wetsuit aangereikt en moesten we eerst een film bekijken van wat er allemaal niet mocht als je bij een lamantijn zwom. Het kwam er op neer dat we alleen mochten kijken en nergens aankomen. Met zes anderen stapten we daarna op een boot en gingen het water bij Crystal River op. In de winter zwemmen hier honderden lamantijnen in het water. Ze komen dan overwinteren. Deze beesten kunnen niet tegen koud water en hier is het water het hele jaar door 22 graden warm. Echter, in de lente, en dus ook nu, zwermen ze weer uit en moet je in de baai zoeken naar een lamantijn. Dat was dan ook wat we deden.
Het duurde even voordat we er eentje spotten, maar toen de schipper er eentje zag lagen we al snel in het water. Het was een beetje jammer dat het water niet zo helder was maar het beest liet zich goed benaderen en at rustig door terwijl er acht snorkelaars rondom hem of haar heen zwommen. Geruime tijd volgden we het langzaam zwemmende beest voordat we weer naar de boot zwommen om ergens anders naar meer lamantijnen te gaan zoeken. Die vonden we redelijk snel en dit keer in lekker helder water waardoor de beesten goed te zien waren. Prachtig en indrukwekkend waren de vier meter lange kolossen. De beesten stoorden zich kennelijk helemaal niet aan ons. Eten was alles wat de beesten interesseerde.
Na de lamantijnen voeren we nog naar de Three Sisters Springs. Hier was het water abominabel helder. Je keek ik weet niet hoe ver weg. Dit was dan ook de plek waar ’s winters al die beesten verblijven, maar nu zwom er niet eentje. Wel zwom er wat vis maar wel of geen lamantijnen, het was er lekker snorkelen. Voor dat we het wisten was het half elf en zat de tour er op. Op onze kamer sprongen we nog even lekker onder de douche voordat we onze spullen pakten en uitcheckten.
Vandaag moesten we nog ruim 250 kilometer rijden naar onze volgende bestemming; Wakulla Springs. Dit plaatsje ligt helemaal in de zogenaamde panhandle van Florida. In Crystal River deden we nog wat inkopen voordat we op pad gingen. Al snel reden we over een rustige weg waar we 105 kilometer per uur konden rijden. Dat schoot dus goed op. Wel was het een saaie weg en we kwamen nauwelijks door plaatsjes gereden. De plaatsjes die we passeerden waren te saai om er te stoppen. Doorrijden dus maar. Het laatste stuk leek het wel alsof we door niemandsland reden. Behalve een geasfalteerde weg was er niks te zien als bomen langs die weg.
Iets over drieën kwamen we aan in het Wakulla Springs State Park. In dit park ligt onze lodge voor de komende twee nachten. Het is een oud hotel in een Moorse stijl. Mooi van buiten maar ouderwets qua voorzieningen. Toen we daar aan kwamen zagen we de lucht donker worden en voordat we onze koffers uit de auto hadden gehaald regende het dat het goot. Onze kamer was vrij basic maar wel schoon. Toch waren we niet blij met dit hotel. De wifi verbinding deed namelijk helemaal niks en dat is toch iets wat essentieel voor ons is. Dan maar eens kijken wat er allemaal op het terrein van de lodge te doen viel. Met de paraplu in de hand bekeken we de grote vijver waarvan het water prachtig helder was. Niet zo gek want ook hier komt het water uit een bron. Mooi was de mist die over het water hing. Omdat het water warmer was dan de lucht er boven, hing er een laag mist over het water.
We maakten ons enigszins zorgen over morgen. We hebben dan namelijk nog een hele dag hier en of er hier zoveel te doen valt, wisten we nog niet. We zijn geen strandmensen dus een dag aan de oever van het heldere meertje is voor ons geen optie. Wel worden er hier nog boottochten georganiseerd. Wellicht dat we daar mee meegaan. Verder ligt ook de stad Tallahassee niet al te ver weg. We zullen ons best vermaken maar het behoeft nog wel wat studie.
Vanwege Nicky’s verjaardag gingen we sjiek dineren in het restaurant van de lodge. Duur, maar het eten was in ieder geval heerlijk. We lieten ons de filet mignon lekker smaken. Ook een meevaller was dat in de tussentijd de wifi verbinding had besloten om toch maar mee te werken en we dus het internet op konden.
De avond leek lekker te verlopen toen in één keer, uit het niets, uit een rooster in de muur ijskoude lucht geblazen kwam met de herrie van een straaljager. Er zaten geen knoppen aan het rooster en we konden er dus niks aan verstellen of het geheel uitzetten. Het werd zo koud op de kamer dat Nicky een jas aan moest doen. Eerst ging Nicky klagen bij de receptie. Daar bleek dat men een antiek luchtkoelingssysteem had aan gezet omdat een andere gast had geklaagd over hitte op zijn kamer. Het systeem zou over een paar minuten uit worden gezet. Dat gebeurde echter niet waarna Ron naar de receptie ging. Dat had gelukkig meer effect en even later werd het systeem uit gezet en konden we weer genieten van de avond. Al met al verblijven we in een sfeervol hotel maar wel eentje met iets teveel gebreken om het aan anderen aan te raden.
Reacties