Naar Siem Reap
Vandaag een treurig record; al om kwart over vijf ging de wekker. We moesten er zo vroeg uit omdat we de boot naar Siem Reap moesten halen. Het wilde deze morgen niet zo vlotten. We moesten meer dan 20 minuten wachten op ons ontbijt dat bestond uit een eenvoudig broodje met wat jam en onze transfer was te laat. Dat was overigens de eerste keer in Indochina dat een persoon te laat was. Verbazingwekkend hoe stipt men hier is, iets wat we zeer kunnen waarderen. Voor ons niks geen Brabants kwartierke, tijd is tijd. Ondanks dat de chauffeur te kaat was, waren we de eersten die bij de boot aankwamen. We konden kiezen om binnen te gaan zitten of om op het dak van de boot te zitten. We kozen voor het eerste omdat we bang waren dat we levend zouden verbranden op het dak. Binnen was het echter ook niet fijn zitten. We hadden toegewezen plaatsen en zaten aanvankelijk met drie personen op een rijtje. Gelukkig gingen veel mensen op het dak zitten zodat we even later ieder drie stoelen voor onszelf hadden en lekker ruim konden zitten. Warm was het wel daar binnen maar gelukkig konden we af en toe ook naar buiten om af te koelen.
De eerste uren voer de boot over de Tonle Saprivier en was er aan beide kanten nog wat te zien. Dat veranderde toen we op het Tonle Sap meer kwamen te varen. Toen bracht de MP3-speler en een boekje uitkomst om de tijd te doden. We waren het al helemaal zat toen de boot na ongeveer 6 uur varen de noordoever van het meer bereikte. We dachten er zo ongeveer te zijn, toen de kapitein de boot op een zandbank liet lopen. Op zich nog niet zo vreemd vanwege de lage waterstand in het droge seizoen. Idioot was echter dat hij de boot niet meer zelfstandig vlot kon krijgen. Tot vier keer toe wist hij de boot in z'n achteruit los te krijgen om het vaartuig net zo leuk weer vast te laten lopen op dezelfde zandbank. Of de man was stom dronken of het was z'n allereerste tocht met deze boot. Met behulp van een andere boot kwamen we los maar toen de lijn tussen de boten werd losgemaakt legde de kapitein de boot prompt weer vast op een zandbank. Zo ging dat nog twee keer voordat we de aanlegsteiger bereikten, meer dan een uur te laat. Ook het aanleggen sloeg helemaal nergens op en alle passagiers moesten halsbrekende toeren uithalen om van de boot af te komen.
Eenmaal van de boot moesten we nog in Siem Reap zien te komen dat op 13 kilometer van de aanlegsteiger lag. We werden aan de wal belaagd door tuktukchauffeurs die ons de rit voor $1 aanboden. Er zat echter een adder onder het gras. Die prijs goldt alleen als we diezelfde chauffeur ook de dag erna boekten om de tempels van Angkor Wat te bezoeken. Anders kostte de rit ineens $5. Nadat we de chauffeurs hadden weggezet als oplichters en een taxi wilden nemen, was er eentje die ons voor $2 naar Siem Reap wilde brengen. We gingen maar in op dat aanbod en 20 minuten later stonden we bij ons hotel.
Het Casa Angkor bleek een mooi hotel in koloniale stijl. De ontvangst was hartelijk en onze kamer is één van de betere deze reis. Maar goed ook want we blijven hier vier nachten slapen. We gingen eerst maar eens lunchen aan de rand van het zwembad.
Met onze buiken rond liepen we de stad in en kwamen al snel uit in de oude Franse wijk met z'n tientallen restaurantjes, bars en uiteraard souvernirswinkeltjes. Wij belandden op de oude markt waar Ron nog een mooi katoenen overhemd kocht. Aperitieven deden we in de Red Piano bar, één van de bekendste horecagelegenheden hier. We besloten er later ook maar wat te eten en zaten de hele tijd buiten prinsheerlijk onder een grote waaier in grote stoelen met zachte kussens. Ze hadden er ook Belgisch bier en zo kwam het dat Ron met een lekker trapistje het langsslenterende volk kon gadeslaan. Nicky deed dat op een limoensapje.
Na het diner brachten we nog een bezoek aan de uitgebreide nachtmarkt waar we voor Nicky nog een leuk overhemd vonden.
Morgen gaan de de wereldberoemde tempels van Angkor Wat bekijken. Het zijn er nogal wat, dus een drukke dag.
De eerste uren voer de boot over de Tonle Saprivier en was er aan beide kanten nog wat te zien. Dat veranderde toen we op het Tonle Sap meer kwamen te varen. Toen bracht de MP3-speler en een boekje uitkomst om de tijd te doden. We waren het al helemaal zat toen de boot na ongeveer 6 uur varen de noordoever van het meer bereikte. We dachten er zo ongeveer te zijn, toen de kapitein de boot op een zandbank liet lopen. Op zich nog niet zo vreemd vanwege de lage waterstand in het droge seizoen. Idioot was echter dat hij de boot niet meer zelfstandig vlot kon krijgen. Tot vier keer toe wist hij de boot in z'n achteruit los te krijgen om het vaartuig net zo leuk weer vast te laten lopen op dezelfde zandbank. Of de man was stom dronken of het was z'n allereerste tocht met deze boot. Met behulp van een andere boot kwamen we los maar toen de lijn tussen de boten werd losgemaakt legde de kapitein de boot prompt weer vast op een zandbank. Zo ging dat nog twee keer voordat we de aanlegsteiger bereikten, meer dan een uur te laat. Ook het aanleggen sloeg helemaal nergens op en alle passagiers moesten halsbrekende toeren uithalen om van de boot af te komen.
Eenmaal van de boot moesten we nog in Siem Reap zien te komen dat op 13 kilometer van de aanlegsteiger lag. We werden aan de wal belaagd door tuktukchauffeurs die ons de rit voor $1 aanboden. Er zat echter een adder onder het gras. Die prijs goldt alleen als we diezelfde chauffeur ook de dag erna boekten om de tempels van Angkor Wat te bezoeken. Anders kostte de rit ineens $5. Nadat we de chauffeurs hadden weggezet als oplichters en een taxi wilden nemen, was er eentje die ons voor $2 naar Siem Reap wilde brengen. We gingen maar in op dat aanbod en 20 minuten later stonden we bij ons hotel.
Het Casa Angkor bleek een mooi hotel in koloniale stijl. De ontvangst was hartelijk en onze kamer is één van de betere deze reis. Maar goed ook want we blijven hier vier nachten slapen. We gingen eerst maar eens lunchen aan de rand van het zwembad.
Met onze buiken rond liepen we de stad in en kwamen al snel uit in de oude Franse wijk met z'n tientallen restaurantjes, bars en uiteraard souvernirswinkeltjes. Wij belandden op de oude markt waar Ron nog een mooi katoenen overhemd kocht. Aperitieven deden we in de Red Piano bar, één van de bekendste horecagelegenheden hier. We besloten er later ook maar wat te eten en zaten de hele tijd buiten prinsheerlijk onder een grote waaier in grote stoelen met zachte kussens. Ze hadden er ook Belgisch bier en zo kwam het dat Ron met een lekker trapistje het langsslenterende volk kon gadeslaan. Nicky deed dat op een limoensapje.
Na het diner brachten we nog een bezoek aan de uitgebreide nachtmarkt waar we voor Nicky nog een leuk overhemd vonden.
Morgen gaan de de wereldberoemde tempels van Angkor Wat bekijken. Het zijn er nogal wat, dus een drukke dag.
Reacties