Verkenning van Kenting en omgeving
Gelukkig scheen de zon toen we wakker werden hoewel er ook veel bewolking was. Maar we besloten om vandaag toch de route te rijden die we gisteren hadden willen doen. Meteen na een copieus ontbijt vertrokken we. Bij Sail rock stopten we weer even om nu een foto in de zon te maken. Echter toen we weer bij de Eluanbi vuurtoren waren, verschenen de eerste spetters op de voorruit van onze auto, net als gisteren. Die vuurtoren is gewoon behekst. Toch reden we verder. Toen we even verderop stopten bij Longpan Park om te kijken naar de ruige kust, regende het nog maar even later scheen de zon weer zodat we toch rustig konden genieten van de wilde zee, de ruige rotsen en het uitzicht. Toen we weer in de auto zaten en verder reden, stopten we regelmatig om wat foto’s te maken. Ook hierbij regende het soms en even later scheen de zon, of omgekeerd. Kijk maar eens naar de panoramfoto’s hieronder, dan zie je het verschil.
In Gangkou, bij een hangbrug, vonden we een leuk barretje waar ze een hele goeie cappuccino wisten te maken. Met voldoende cafeïne in onze lijven reden we daarna verder in de richting van Henchun. Daar stopten we eerst bij de Oostpoort om daarna op zoek te gaan naar het “eeuwig vuur”. Na enig zoeken vonden we dat. Uit de bodem stroomt daar natuurlijk gas wat ooit eens in brand is gestoken en sindsdien constant brandt. Leuk om wat foto’s van te maken. Ondertussen was alle regen verdwenen en scheen de zon gelukkig volop.
Na een foto bij de Zuidpoort in Henchun, reden we naar Hongchaikeng, een klein vissershaventje om na een korte stop door te rijden naar Baisha Beach. Hier was een heel leuk strandje met ook wat strandtentjes, maar daar kon je alleen wat drinken. Wij wilden er wel lunchen maar dat lukte dus niet. Daarom reden we een eindje verder naar Maobitou. Hier heb je een erg grillige kust met scherpe rotsen die hoog uit het water oprijzen. De Taiwanezen hadden er een park van gemaakt en dus moesten we betalen. We waren niet bepaald alleen in het park. Op de verschillende uitkijkplatforms was het druk, erg druk. De Taiwanezen waren eigenlijk net zo vermakelijk als de kustlijn. Kleurrijke doeken werden in de wind gehouden en daar werden dan weer 100.000 foto’s van gemaakt maar wij werden net zo makkelijk aan de kant geduwd als moeders de vrouw op de foto moest voor één van de rotsen. Nabij de uitkijkplatformen waren tal van kleine winkeltjes, maar ook hier geen etenswaren die wij thuis konden brengen, dus hadden we nog steeds geen lunch. Wel vond Nicky er een leuk T-shirt.
Op onze weg terug naar Kenting vonden we een Seven-Eleven en daar kochten we wat spulletjes voor de lunch. Die aten we op toen we terug waren in het hotel. Omdat het nog steeds lekker weer was, besloten we nog even te gaan zwemmen in het grote zwembad. Deze keer waren er meer durfals die het koude water trotseerden.
Na een douche deden we de was in de wasserette van het resort. Eerst wilde de wasmachine niet werken omdat een onverlaat het water had afgesloten. Toen dat gefixt was, deden wij een drankje in de bar. ‘s Avonds dineerden we weer in het hotel. Het was deze keer veel drukker dan eergisteren. Omdat het weekend was begonnen, waren er veel meer gasten en die moesten natuurlijk allemaal eten. Er was nu ook live muziek. Dat was van die echte kweelmuziek. Toch konden we Aziatische gasten het gekweel wel waarderen, want na elk nummer volgde een applaus. De ambiance had veel weg van een cruiseschip. Tijdens het diner verbaasden wij ons weer hoe slecht sommige mensen om kunnen gaan met een buffet. Borden vol werden van het buffet mee naar de tafel genomen om daar halfvol achter te worden gelaten. Toppunt was een vrouw die maar liefst vijf thermosflessen met jus d’orange meenam naar haar tafel. Kennelijk is dat gewoon want niemand zei er wat van maar wij vonden het maar wat vreemd.
Terug op de kamer volgden we voorbereidingen voor morgen als we langs de oostkust noordwaarts rijden naar Chenggong.
In Gangkou, bij een hangbrug, vonden we een leuk barretje waar ze een hele goeie cappuccino wisten te maken. Met voldoende cafeïne in onze lijven reden we daarna verder in de richting van Henchun. Daar stopten we eerst bij de Oostpoort om daarna op zoek te gaan naar het “eeuwig vuur”. Na enig zoeken vonden we dat. Uit de bodem stroomt daar natuurlijk gas wat ooit eens in brand is gestoken en sindsdien constant brandt. Leuk om wat foto’s van te maken. Ondertussen was alle regen verdwenen en scheen de zon gelukkig volop.
Na een foto bij de Zuidpoort in Henchun, reden we naar Hongchaikeng, een klein vissershaventje om na een korte stop door te rijden naar Baisha Beach. Hier was een heel leuk strandje met ook wat strandtentjes, maar daar kon je alleen wat drinken. Wij wilden er wel lunchen maar dat lukte dus niet. Daarom reden we een eindje verder naar Maobitou. Hier heb je een erg grillige kust met scherpe rotsen die hoog uit het water oprijzen. De Taiwanezen hadden er een park van gemaakt en dus moesten we betalen. We waren niet bepaald alleen in het park. Op de verschillende uitkijkplatforms was het druk, erg druk. De Taiwanezen waren eigenlijk net zo vermakelijk als de kustlijn. Kleurrijke doeken werden in de wind gehouden en daar werden dan weer 100.000 foto’s van gemaakt maar wij werden net zo makkelijk aan de kant geduwd als moeders de vrouw op de foto moest voor één van de rotsen. Nabij de uitkijkplatformen waren tal van kleine winkeltjes, maar ook hier geen etenswaren die wij thuis konden brengen, dus hadden we nog steeds geen lunch. Wel vond Nicky er een leuk T-shirt.
Op onze weg terug naar Kenting vonden we een Seven-Eleven en daar kochten we wat spulletjes voor de lunch. Die aten we op toen we terug waren in het hotel. Omdat het nog steeds lekker weer was, besloten we nog even te gaan zwemmen in het grote zwembad. Deze keer waren er meer durfals die het koude water trotseerden.
Na een douche deden we de was in de wasserette van het resort. Eerst wilde de wasmachine niet werken omdat een onverlaat het water had afgesloten. Toen dat gefixt was, deden wij een drankje in de bar. ‘s Avonds dineerden we weer in het hotel. Het was deze keer veel drukker dan eergisteren. Omdat het weekend was begonnen, waren er veel meer gasten en die moesten natuurlijk allemaal eten. Er was nu ook live muziek. Dat was van die echte kweelmuziek. Toch konden we Aziatische gasten het gekweel wel waarderen, want na elk nummer volgde een applaus. De ambiance had veel weg van een cruiseschip. Tijdens het diner verbaasden wij ons weer hoe slecht sommige mensen om kunnen gaan met een buffet. Borden vol werden van het buffet mee naar de tafel genomen om daar halfvol achter te worden gelaten. Toppunt was een vrouw die maar liefst vijf thermosflessen met jus d’orange meenam naar haar tafel. Kennelijk is dat gewoon want niemand zei er wat van maar wij vonden het maar wat vreemd.
Terug op de kamer volgden we voorbereidingen voor morgen als we langs de oostkust noordwaarts rijden naar Chenggong.
Reacties