Naar Lake Mburo
Was het programma in de eerste week ons iets te druk, de laatste dagen waren wat te ontspannen. We waren dan ook blij dat we uit Kisoro vertrokken voor onze volgende bestemming; Lake Mburo. De bijzonderheid van dit park is de aanwezigheid van zebra's. Deze dieren komen in Uganda nergens anders voor dan hier. Afwezig zijn olifanten en giraffen. We hadden nog wel een lange rit voor de boeg. De oude auto van James had de geest gegeven en in de afgelopen dagen was er vanuit Kampala een andere jeep gekomen zodat we ons toch konden verplaatsen. De andere jeep was niet echt veel nieuwer maar reed tenminste.
Nadat we hartelijk afscheid hadden
genomen van het vriendelijke personeel van de Travellers Rest, reden
we de eerste uren over dezelfde weg als waarover we gekomen waren.
Dat betekende weer dwars over de landingsbaan van een vliegveldje,
langs het vluchtelingenkamp om vervolgens terecht te komen op de
nieuwe weg door de prachtige bergen van Zuidwest Uganda. Het
betekende ook weer de tientallen kilometers langs de wegwerkzaamheden
in verband met de nieuwe weg. Stofhappen dus.
De morgen ging zo op een rustige manier
voorbij. Steeds als we door een plaatsje kwamen gereden, probeerden
we vanuit de auto wat foto's te maken want stoppen deden we niet
voordat het een uur of twee was. Toen lunchten we bij een heus
wegrestaurant. Nooit gedacht dat ze zoiets zouden hebben hier in
Uganda. Het zag er allemaal erg netjes uit en we konden kiezen voor
een Ugandees lunchbuffet of kiezen uit een scala van westerse
gerechten van de kaart. De manager probeerde ons nog aan het buffet
te krijgen, maar wij waren eigenwijs en kozen voor een pizza. Die
liet vervolgens lang op zich wachten, was een beetje vet, maar
smaakte prima.
Vlak nadat we bij onze lunchplek waren
weggereden verlieten we bij het plaatsje Sanga de doorgaande weg naar
Kampala om vervolgens gedurende drie kwartier door één grote
bananenplantage te rijden over een hobbelige weg. De grote verrassing
van deze dag was ons onderkomen aan Lake Mburo. De plek heette Eagles
Nest en dat was niet voor niets. Het splinternieuwe kamp stond boven
op een heuvel en het enige pad er naar toe was gruwelijk steil. In de
lage gearing en in de eerste versnelling slaagde James er in de jeep
de berg op te rijden. We werden er hartelijk ontvangen en naar ons
onderkomen voor de komende twee nachten gebracht. Dat waren weer
tenten onder een afdak. Achterin was een ruime badkamer gemaakt met
weer zo'n warmwaterzak als douche. Het toilet was een nieuwe Ugandese
uitvinding. Het was de bedoeling dat we eerst bananenbladeren in de
pot legden, daarop onze boodschap deden en die weer afdekte met weer
bananenbladeren. Door een trap op een pedaal, klapte de constructie
in de pot open en verdween alles in een giertank. Het geheel werkte
prima. Erg milieuvriendelijk en goedkoop want bananenbladeren hebben
ze genoeg hier.
Met een lekker koel pilsje zaten we
voor onze tent te genieten van het magnifieke uitzicht over het park
waar we morgen zouden gaan lopen en rijden. Vanaf ons adelaarsnest
konden we kilometers ver weg kijken en zagen ook al zebra's lopen in
het park. Het werd helemaal mooi toen de zon onderging. Het was dan
niet helemaal helder maar de zonsondergang mocht er zijn. Vlak voor
het diner hebben we nog wat geborreld in de bar. Om zeven uur in het
licht van een paar olielampen gedineerd in de open eetruimte. Vrijwel
meteen na het diner zijn we gaan slapen vanwege het belachelijk
vroege tijdstip van opstaan voor de volgende dag. Wel genoten we
buiten nog even van de ontelbare sterren die we aan de hemel zagen
staan. Hier is het begrip lichtvervuiling onbekend en daardoor zie je
's avonds al die sterren. Een prachtig gezicht. Ook in bed in de tent
was het niet verkeerd. Zoals dat hoort in de tropen werden we in
slaap gezongen door een heel leger van krekels.
Reacties