Op weg naar Cuba
Deze eerste dag van onze reis naar Cuba is, hoe kan het ook anders, een lange reisdag. Eerst met onze grote tassen naar het station in Helmond lopen. Daar aangekomen hadden we geluk want de trein stond er al en de machinist bleef netjes op ons wachten terwijl wij kaartjes uit de automaat trokken. Ook de aansluiting in Eindhoven verliep vlotjes en gek genoeg was die trein nagenoeg leeg.
Keurig op tijd waren we op Schiphol en kregen we van een dame van Fox Reizen ons visum voor Cuba. Ingecheckt waren we al en onze bagage konden we zelf afleveren middels een hypermodern systeem. Daarna begon te slenteren door het vliegveld en langs de vele winkeltjes en restaurantjes. We aten wat en waren op tijd bij de gate. Daar was het een drukte van belang want iedereen moest door zo'n bodyscanner. Wel raar dat we daarna nog gewoon gefouilleerd werden.
In het vliegtuig zaten we op de één na laatste rij tussen een dertigtal Deense scholieren die kennelijk allemaal aan ADHD leden. We kunnen in ieder geval niet zeggen dat een rustige vlucht was. Het eten en drinken tijdens de vlucht waren prima. Lang geleden dat we in een vliegtuig zo smakelijk hebben gegeten. Wat ons opviel was dat je gedurende de vlucht zo veel drankjes kon nemen als je wilde, iets wat die Denen dan ook volop deden.
Na tien uur vliegen waarin we maar liefst drie speelfilms keken en ook eventjes sliepen, landden we omstreeks half zes, plaatselijke tijd, op het vliegveld van Havana. Bij de immigratiedienst was het een tijdje wachten. We moesten op de foto en onze namen werden letter voor letter vergeleken met iets op het computerscherm.
Bij de bagageband kwamen onze tassen maar niet voorbij. We stonden al bijna een half uur naar al die koffers te staren toen Ron besloot om eens te gaan rondlopen. Bleek dat één of andere onverlaat onze tassen van de band had gegooid en die lagen dus al die tijd al tussen al die mensen die bij de band stonden op de grond. Daarna waren we zo door de douane en kon Ron geld gaan wisselen. Ook hier een lange rij. De komende twee weken betalen we in CUC, de munteenheid voor toeristen. 1 CUC is 80 eurocent.
We waren de laatsten die in de bus stapten waarna de rit naar de stad begon. Onze gids voor de komende weken is Eduardo, een Cubaan die op een grappige manier Nederlands spreekt. Hij praatte onderweg honderduit. Vanuit de bus zagen we niet veel omdat het al donker was. Wel was het buiten nog 28 graden en daarom was de airco in de bus ons welkom.
Na een rit van een half uur stopte de bus bij de haven en dienden we een paar honderd meter te lopen naar het Ambos Mundos hotel, het hotel waar Hemmingway een vaste gast was. De lobby zag er mooi uit en de oude gietijzeren lift was nog mooier. Minder was onze kamer, die had namelijk geen raam die naar buiten uitkeek. Het raam keek uit op de gang. Ook hing er een raar luchtje. We zullen er de komende drie dagen toch mee moeten doen.
Wij liepen nog een eindje door de straten van Havana Vieja. Op veel plaatsen hoorden we bandjes spelen en slenterden stelletjes door de straten. Morgen gaan we bij daglicht de buurt eens goed bekijken. Voor vandaag vonden we het wel genoeg en lagen op tijd in bed om maar zo snel mogelijk in het goeie ritme te komen.
Keurig op tijd waren we op Schiphol en kregen we van een dame van Fox Reizen ons visum voor Cuba. Ingecheckt waren we al en onze bagage konden we zelf afleveren middels een hypermodern systeem. Daarna begon te slenteren door het vliegveld en langs de vele winkeltjes en restaurantjes. We aten wat en waren op tijd bij de gate. Daar was het een drukte van belang want iedereen moest door zo'n bodyscanner. Wel raar dat we daarna nog gewoon gefouilleerd werden.
In het vliegtuig zaten we op de één na laatste rij tussen een dertigtal Deense scholieren die kennelijk allemaal aan ADHD leden. We kunnen in ieder geval niet zeggen dat een rustige vlucht was. Het eten en drinken tijdens de vlucht waren prima. Lang geleden dat we in een vliegtuig zo smakelijk hebben gegeten. Wat ons opviel was dat je gedurende de vlucht zo veel drankjes kon nemen als je wilde, iets wat die Denen dan ook volop deden.
Na tien uur vliegen waarin we maar liefst drie speelfilms keken en ook eventjes sliepen, landden we omstreeks half zes, plaatselijke tijd, op het vliegveld van Havana. Bij de immigratiedienst was het een tijdje wachten. We moesten op de foto en onze namen werden letter voor letter vergeleken met iets op het computerscherm.
Bij de bagageband kwamen onze tassen maar niet voorbij. We stonden al bijna een half uur naar al die koffers te staren toen Ron besloot om eens te gaan rondlopen. Bleek dat één of andere onverlaat onze tassen van de band had gegooid en die lagen dus al die tijd al tussen al die mensen die bij de band stonden op de grond. Daarna waren we zo door de douane en kon Ron geld gaan wisselen. Ook hier een lange rij. De komende twee weken betalen we in CUC, de munteenheid voor toeristen. 1 CUC is 80 eurocent.
We waren de laatsten die in de bus stapten waarna de rit naar de stad begon. Onze gids voor de komende weken is Eduardo, een Cubaan die op een grappige manier Nederlands spreekt. Hij praatte onderweg honderduit. Vanuit de bus zagen we niet veel omdat het al donker was. Wel was het buiten nog 28 graden en daarom was de airco in de bus ons welkom.
Na een rit van een half uur stopte de bus bij de haven en dienden we een paar honderd meter te lopen naar het Ambos Mundos hotel, het hotel waar Hemmingway een vaste gast was. De lobby zag er mooi uit en de oude gietijzeren lift was nog mooier. Minder was onze kamer, die had namelijk geen raam die naar buiten uitkeek. Het raam keek uit op de gang. Ook hing er een raar luchtje. We zullen er de komende drie dagen toch mee moeten doen.
Wij liepen nog een eindje door de straten van Havana Vieja. Op veel plaatsen hoorden we bandjes spelen en slenterden stelletjes door de straten. Morgen gaan we bij daglicht de buurt eens goed bekijken. Voor vandaag vonden we het wel genoeg en lagen op tijd in bed om maar zo snel mogelijk in het goeie ritme te komen.
Reacties