Op weg naar de Dolomieten
Vrienden van ons zijn al jaren dolenthousiast over de Dolomieten in Italië. Ze vertellen prachtige verhalen over grillige bergformaties waar het goed wandelen is en ook lekker eten. Toen we voor dit jaar aan het zoeken waren voor een bestemming voor een weekje weg, kwamen we al snel uit bij dit prachtige gebergte. Op internet vonden we op een hotelboekingsite een leuk hotel in de Val di Fassa en boekten gelijk voor zes nachten. De afstand van huis naar het hotel betrof zo’n 950 kilometers. Dat was te doen met de auto en zo kwam het dat we op een zeer vroege zaterdagochtend uit Helmond wegreden met bestemming Campitello di Fassa.
Omdat het zo vroeg was, hadden we nauwelijks last van het overige verkeer en schoten we goed op, afgezien van de ontelbare wegwerkzaamheden waar de Duitse snelwegen berucht om zijn. We besloten het aantal wegwerkzaamheden bij te houden en ik kan nu al verklappen dat we, voordat we Duitsland door waren, maar liefst 23 van die “Baustelles” moesten passeren met een gezamenlijke lengte van zo’n 200 kilometer.
Na een paar uurtjes rijden dronken we bij de Moselbrücke een cappuccino om daarna redelijk probleemloos door te rijden naar Stuttgart. Daar begon de ellende. De Duitsers waren allemaal wakker geworden en hadden kennelijk besloten om massaal Autobahn 8 richting Ulm te nemen. Gevolg was een eindeloze file langs tientallen kilometers wegwerkzaamheden waar niemand aan het werk was. Toen we uiteindelijk voorbij Ulm waren, was het leed nog steeds niet geleden want de Duitsers hadden besloten om ook die snelweg op z’n kop te gooien. Door al die ongein verloren we een paar uur tijd.
Eenmaal in Oostenrijk was de situatie niet veel beter. Hier geen wegwerkzaamheden maar wel een enkelbaansweg waar half Duitsland over heen wilde. In file sukkelden we richting Innsbruck. Positief was dat het landschap waar we doorheen reden prachtig was. Na Innsbruck kwamen we weer op een snelweg terecht en schoot het heel even op. Zelfs de Brennerpas gaf geen problemen, behalve dan de 9 euro tol die we voor die pas moesten betalen.
Echt vreselijk werd het zodra we Italië binnen reden. Hier kwamen we terecht in een langzame file van maar liefst 4 kilometer en dat alleen voor een rij met tolpoortjes. Weer verloren we bijna een uur. Na de tolpoortjes werd het verkeer gelukkig wat minder druk.
Het mooiste deel van de reis was toen we in Italië van de snelweg af waren en nog vijftig kilometer naar Campitello moesten rijden. Het landschap was adembenemend en de bochtjes in de weg waren talloos, iets waar Ron altijd van geniet. Al slingerend door de Dolomieten geraakten we langzaam in de buurt van onze eindbestemming. Geregeld zetten we de auto aan de kant als we weer eens een prachtig panorama zagen. Vooral de Sella-pas was prachtig.
Om kwart over vijf, enkele uren later dan gedacht, kwamen we aan bij ons hotel. Daar werden we hartelijk ontvangen en kregen we een prima kamer met ruim balkon toebedeeld.
We sprongen meteen onder de douche en gingen op tijd op zoek naar een restaurantje in het dorp. We aten daar lekker en voor niet al te veel geld.
Terug op de kamer merkten we dat we een lange dag achter de rug hadden en we werden overmand door slaap. We lagen daarom al voor tienen in bed en sliepen als roosjes.
Reacties