Op weg naar Murchison Falls NP
Na het ontbijt maakten we kennis met de
overige leden van het 10-koppige reisgezelschap waarmee we de komende
18 dagen door Uganda zouden gaan reizen. Zij waren een dag eerder al
in Entebbe aangekomen en waren dus waarschijnlijk beter uitgerust dan
wij. Op het terrein van het guesthouse stonden twee verlengde Toyota
Landcruisers. De auto's zagen er wat gaar uit. Van binnen waren ze
echter ruim en we konden er goed in zitten. Het dak kon omhoog voor
de momenten dat we gamedrives gingen rijden.
Nicky en ik gingen samen met vier
anderen bij chauffeur James in de jeep zitten en we begonnen aan een
lange reisdag die ons naar het Murchison Falls National Park in het
noorden van Uganda zou voeren.
We reden via Kampala naar het noorden.
Nu begreep ik ook waarom de stad niet opgenomen was in het programma.
Kampala is een onaantrekkelijke, drukke en vieze stad. Erg rommelig
ook. Overal staan onafgebouwde bouwsels en overal en nergens zie je
kleine winkeltjes in hokjes. Vooral de telecomwinkeltjes waren
talrijk.
Het grootste deel van de dag reden we
over een goede asfaltweg. Dat viel ons niks tegen. We genoten ervan
wetende dat we nog genoeg “African massages” zouden krijgen op de
slechte onverharde wegen in dit arme land.
De auto vertoonde al snel kuren en moest zelfs een keer worden aangeduwd voordat het ding weer wilde starten. Een hoop zwarte rook kwam constant uit de uitlat. Dat beloofde wat.
De auto vertoonde al snel kuren en moest zelfs een keer worden aangeduwd voordat het ding weer wilde starten. Een hoop zwarte rook kwam constant uit de uitlat. Dat beloofde wat.
Onze eerste stop deze dag was bij het
Ziwa Rhino Reserve. In dit park leven een aantal witte neushoorns en
bestaat er de mogelijkheid om een voetsafari te maken waarbij je
dicht bij deze kolossen kunt komen. Dat was precies wat wij er kwamen
doen. Voorzien van een bewapende gids die met een AK47 mitrailleur
voorop ging, liepen wedoor het hoge gras het veld in. Het duurde niet
lang of we ontwaarden twee jonge witte neushoorns die heerlijk in het
gras lagen te dutten. Daar bleek dat we in de groep een aantal zeer
serieuze fotografen hadden zitten. Er kwamen gigantische telelenzen
op dito camera's tevoorschijn waarbij onze compactcamera's compleet
verbleekten. Het ingedrukt houden van de ontspanknop van die camera's
leverde steevast een salvo op als er weer 20 of 30 foto's
tegelijkertijd werden gemaakt. Wij waren echter zeer tevreden met
onze cameraatjes met behoorlijk zoombereik zodat we de neushoorns
goed konden vastleggen voor het nageslacht, dat we overigens niet
hebben. We zagen in totaal vier neushoorns tijdens onze wandelsafari,
niet gek voor een eerste gamewalk.
Rond het middaguur lunchten we bij een
soort van wegrestaurant waar Ron zowaar een pizza kon bestellen. Ook
bleek er weer dat de Ugandezen een prima bier konden brouwen. De
komende weken zou het steeds een Nile Special bier worden als Ron
iets wilde drinken bij het eten. Nicky hield het bij cola.
's Middags reden we aan één stuk
verder naar het noorden. Behalve voor een incidentele plaspauze
stopten we niet. Dat vonden we wel jammer want onderweg zagen we van
alles wat we wel beter wilde zien. We reden voorbij aan rommelige
maar leuke dorpjes waar het leven zich helemaal buiten afspeelde. Wat
ons opviel was dat bedrijven, in ruil voor reclame, een gebouwtje
verfde en voorzag van bonte reclame-uitingen. Zo stonden er in elk
plaatsje wel paarse, oranje of gele gevels met reclame voor allerlei
telecomdiensten. Ons bleek ook dat elke Ugandees met een mobieltje
rond liep. Ook hier dus. De mensen waren vaak kleurrijk gekleed.
Vanuit de auto kon Ron, in het voorbij rijden, toch wat foto's nemen.
Om foto's te kunnen nemen moest steeds een schuifraampje worden geopend. Dat ging goed totdat Ron iets te hard tegen zo'n raampje drukte en de complete ruit eruit viel en in duizend stukjes op het wegdek terecht kwam. James, de chauffeur, vond het echter totaal geen probleem en stopte niet eens! Voordeel was dat Ron nu gemakkelijker foto's kon maken vanuit de auto maar een nadeel was dat het toch wel erg hard waaide in het voertuig.
Om foto's te kunnen nemen moest steeds een schuifraampje worden geopend. Dat ging goed totdat Ron iets te hard tegen zo'n raampje drukte en de complete ruit eruit viel en in duizend stukjes op het wegdek terecht kwam. James, de chauffeur, vond het echter totaal geen probleem en stopte niet eens! Voordeel was dat Ron nu gemakkelijker foto's kon maken vanuit de auto maar een nadeel was dat het toch wel erg hard waaide in het voertuig.
We reden nog twee uur met die wind in
de auto totdat we van de harde weg af gingen en terecht kwamen op een
smal en onverhard hobbelpad dat schijnbaar nergens naar leidde. Dat
bleek toch niet zo te zijn. Na een 20 minuten hobbelen kwamen we uit
bij een prachtige lodge, een eind van de oevers van de Nijl vandaan.
De lodge was nagenoeg nieuw en als een soort van fort gebouwd. We
werden hartelijk verwelkomd door al het personeel en kregen een mooie
kamer toegewezen. Vanaf ons terrasje zagen we in de verte olifanten
rondlopen.
's Avonds werd ons een heus viergangen diner voorgeschoteld. Onbegrijpelijk hoe men dat hier in de rimboe zo voor elkaar kreeg. Nadeel was wel dat men hier maar beperkt stroom had. Zo hadden we op onze kamer slechts stroom van zeven tot tien 's avonds en moesten we dus snel zijn met het opladen van de accu's van de camera's.
's Avonds werd ons een heus viergangen diner voorgeschoteld. Onbegrijpelijk hoe men dat hier in de rimboe zo voor elkaar kreeg. Nadeel was wel dat men hier maar beperkt stroom had. Zo hadden we op onze kamer slechts stroom van zeven tot tien 's avonds en moesten we dus snel zijn met het opladen van de accu's van de camera's.
We gingen deze dag vroeg naar bed. We
waren behoorlijk moe van het gehobbel in de auto en bovendien hadden
we te horen gekregen dat het ontbijt voor morgen om 06.00 uur gepland
stond. Hoezo is vakantie uitrusten?
Reacties