Varen op een houten zeilboot
Na een prima nacht slaap en dito ontbijt werden we naar Funchal gereden. Daar gingen we aan boord van een replica van de boot van Christoffel Columbus, de Santa Maria. Deze houten zeilboot heette precies zo. Er gingen heel wat mensen op die boot dus heel veel bewegingsruimte hadden we niet. Onder een strak blauwe hemel voer de boot om half elf uit de haven voor een tocht langs de kust van Madeira van ruim twee en een half uur.
Het werd een relaxt tochtje waarbij we uitkeken over de zee en zochten naar dolfijnen. Een enkele keer zagen we heel snel een rugvin boven het water uit komen, maar daar bleef het dan ook bij. Het was wel zaak te blijven smeren, want de zon scheen fel en schaduw was er aan dek nagenoeg niet te vinden.
Halverwege de tocht ging de boot voor anker en kregen we de gelegenheid om van boord te springen in het koude zeewater. Op eentje na, deed niemand dat van onze groep. Op de weg terug werd het grootste zeil van de boor neer gelaten en zeilden we een tijdje. Er was weinig wind en het zeilen ging langzaam, dus werd op een gegeven moment de motor maar weer aangezet.
Om kwart over één legde de Santa Maria weer aan in de haven en hadden we de gelegenheid om ergens in de stad te gaan lunchen. Omdat Nicky persé brood wilde eten was het een hele tour om een restaurant te vinden waar je een boterham of broodje kon bestellen. Toch vonden we uiteindelijk zo’n tentje. Lekker buiten onder een parasol aten we onze lunch om daarna op zoek te gaan naar een lekker ijsje. Er waren ijssalons genoeg in Funchal maar overal was het veel te druk. En omdat we nogal ongeduldig zijn wilden we niet aansluiten in de rijen. Gelukkig vonden we een tentje zonder rij zodat we toch nog van een heerlijk verkoelend ijsje konden genieten.
Om vier uur verzamelden we weer en werden terug naar het hotel gereden. Daar vonden we eindelijk de tijd om eens te zwemmen in het zwembad. Daarna was het douchen en dineren. Dat laatste was weer prima verzorgd zoals eigenlijk alle maaltijden in het luxe hotel. Nadeel is wel dat we langzaam dicht groeien.
Het werd een relaxt tochtje waarbij we uitkeken over de zee en zochten naar dolfijnen. Een enkele keer zagen we heel snel een rugvin boven het water uit komen, maar daar bleef het dan ook bij. Het was wel zaak te blijven smeren, want de zon scheen fel en schaduw was er aan dek nagenoeg niet te vinden.
Halverwege de tocht ging de boot voor anker en kregen we de gelegenheid om van boord te springen in het koude zeewater. Op eentje na, deed niemand dat van onze groep. Op de weg terug werd het grootste zeil van de boor neer gelaten en zeilden we een tijdje. Er was weinig wind en het zeilen ging langzaam, dus werd op een gegeven moment de motor maar weer aangezet.
Om kwart over één legde de Santa Maria weer aan in de haven en hadden we de gelegenheid om ergens in de stad te gaan lunchen. Omdat Nicky persé brood wilde eten was het een hele tour om een restaurant te vinden waar je een boterham of broodje kon bestellen. Toch vonden we uiteindelijk zo’n tentje. Lekker buiten onder een parasol aten we onze lunch om daarna op zoek te gaan naar een lekker ijsje. Er waren ijssalons genoeg in Funchal maar overal was het veel te druk. En omdat we nogal ongeduldig zijn wilden we niet aansluiten in de rijen. Gelukkig vonden we een tentje zonder rij zodat we toch nog van een heerlijk verkoelend ijsje konden genieten.
Om vier uur verzamelden we weer en werden terug naar het hotel gereden. Daar vonden we eindelijk de tijd om eens te zwemmen in het zwembad. Daarna was het douchen en dineren. Dat laatste was weer prima verzorgd zoals eigenlijk alle maaltijden in het luxe hotel. Nadeel is wel dat we langzaam dicht groeien.
Reacties