Weekendje Noord Holland Noord

Als je op de A7 naar het noorden rijd dan lijkt het alsof je elk moment van deze aardbol kan rijden. Behalve een paar moderne uitvoeringen van een windmolen, zie je niks. Gôh wat lijkt dit stukje Nederland vanaf de snelweg een desolate plek. Dus werd het hoog tijd om deze omgeving eens nader te leren kennen. Een weekendje leek ons wel genoeg. We vonden in Wieringermeer een hotel, zo eentje met een grote toekan op het dak. We besloten om via Friesland en de afsluitdijk naar het hoge noorden te rijden. Zodoende konden we ook nog een kijkje nemen in Harlingen, waar Ron, 25 jaar geleden, anderhalf jaar op school heeft gezeten. We troffen het niet met het weer. Onderweg kreeg ons autootje met enige regelmaat een malse bui te verwerken.

Gelukkig was het in Harlingen droog zodat we na de lunch toch nog een beetje fatsoenlijk door het mooie stadje konden wandelen. We hadden een gidsje bij ons met daarin een wandeling langs de mooiste bezienswaardigheden van het stadje. Zo liepen we langs een havenkraan die als hotelkamer dienst deed, het gebouw van de Friese Admiraliteit, de Noorderhaven en de Zoutsloot. Op een paar druppels na hielden we het droog en we vermaakten ons prima.

Via de Afsluitdijk reden we naar de kop van Noord Holland. Bij de sluizen van Kornwerderzand waaiden we nog wat uit. Nadat we in ons hotel waren ingecheckt reden we naar Medemblik, een mooi historisch plaatsje met een grote jachthaven en een gruwelijk lelijk stadhuis. Ook waren er diverse mooie eeuwenoude pandjes te bewoneren, zelfs een kasteel. Alles mooi genoeg om er een paar uur rond te wandelen.

's Zondags bezochten we eerst het stoom-machinemuseum in Medemblik dat in een oud gemaal gevestigd is. Aanvankelijk waren we de enige bezoekers en de vriendelijke vrijwilliger was maar al te graag bereid om tekst en uitleg te geven over de vele stoommachines die er stonden. Ons volgende bezoek was het Zuiderzeemuseum in Enkhuizen. Met een bootje voeren we vanaf de parkeerplaats naar het museum. Het weer was prachtig evenals het museum. We bekeken talloze kleine vissershuisjes en andere oude pandjes, allemaal prachtig herbouwd en compleet ingericht. We hadden een uur of vijf nodig om alles te bekijken.
Na het museum bezochten we Enkhuizen zelf, ook een mooi plaatsje met tal van oude pandjes. Op een leuk terras vermaakten we ons prima met een drankje en al de mensen die aan ons voorbij trokken.

Op maandag reden we een groot deel van de ANWB autoroute, de Koggeroute. Opnieuw was het prachtig weer. We reden langs mooie stolpboerderijen en langs de talrijke molens die hier nog staan. We reden door hartstikke leuke plaatsjes als Graft en vooral De Rijp was leuk. De middag brachten we door in Volendam. Daar was het wat te druk en toeristisch voor ons. Een boot naar Marken bracht uitkomst. Nadat we een tijd door de zeer smalle straatjes hadden gelopen, maakten we de wandeling naar de andere kant van dit voormalige eiland, naar de misschien wel beroemdste vuurtoren van Nederland.

Terwijl het elders in het land regende hadden wij de hele zondag en maandag prachtig weer. Zo prachtig dat Ron z'n bolletje aardig verbrandde en een kleine aanraking al zeer deed. Dat gaat echter over. Wat niet zo snel over gaat is ons beeld dat dit deel van Nederland helemaal niet zo desolaat is als we dachten. Sterker nog, het noorden van Noord Holland is een prachtige omgeving waar we beslist nog eens terug komen.